Wie na de pensioenleeftijd nog wilt voortwerken, moet dat zonder hindernissen kunnen

Publicatiedatum

Deel dit artikel

Al wie de wettelijke pensioenleeftijd heeft bereikt, moet uiteraard op pensioen kunnen gaan. Dat recht hebben je en daar wil ik niets aan veranderen. In sommige gevallen kan men zelfs vervroegd op pensioen. Maar wie graag verder wil werken na de pensioenleeftijd, moet dat ook kunnen.

Dat kan vandaag al zonder probleem als je zelfstandige bent. Maar wie werknemer of ambtenaar is en na zijn/haar 65ste aan de slag wil blijven, moet vandaag een aantal drempels overwinnen. En die drempels wil ik wegwerken.

Sommigen willen na hun 65ste nog gewoon blijven werken en bezitten vaardigheden en ervaring die jongere werknemers niet hebben. Zij kunnen zo een grote meerwaarde bieden binnen hun bedrijf en voor de maatschappij in het geheel. Door langer te blijven werken zorgen zij bovendien ook mee voor een oplossing voor het tekort aan arbeidskrachten waarmee onze arbeidsmarkt kampt. En tot slot: wie langer werkt draagt langer bij en krijgt dus een beter pensioen.

Ik heb twee voorstellen uitgewerkt, voor werknemers én ambtenaren om hen de mogelijkheid te bieden actief te blijven op de arbeidsmarkt na hun pensioen indien ze dat wensen.

Lees hier mijn tussenkomst in de commissie.

Lees hier het artikel in de Gazet van Antwerpen. Ook artikels in De Morgen, Het Belang van Limburg, het Nieuwsblad en Het Laatste Nieuws.

Lees hier mijn wetsvoorstel voor werknemers.

Lees hier mijn resolutie voor vastbenoemde ambtenaren.

Luister hier naar een fragment uit mijn interview op radio Business AM

Nieuws

cd&v komt met historisch familiekrediet: rugzak van 24 maanden per kind

Binnen 5 jaar moet België het meest gezinsvriendelijke land van Europa zijn. Daarom vraagt cd&v een snelle invoering van het Familiekrediet en doet zelf een voorzet hoe dit er zou kunnen uitzien.

1 op 4 jonge ouders heeft onvoldoende tijd voor de dagelijkse opvoeding kinderen

Jonge ouders hebben het gevoel er veel te weinig voor hun kinderen te kunnen zijn en tijd met hen te kunnen doorbrengen. Het blijft niet enkel bij een subjectief gevoel. Jonge ouders kunnen zich werkelijk te weinig bezig houden met de dagelijkse opvoeding van hun kinderen. Sterker nog, ze missen op structurele basis belangrijke momenten in het leven van de kinderen, zowel in het bijzonder belangrijke eerste levensjaar van het kind als later in de opvoeding. Het laat zijn sporen na bij zowel de ouders als de kinderen.