De rosse muntjes van 1 en 2 eurocent zijn niet alleen vervelend voor klanten en winkeliers, ze zijn ook erg duur in productie. Minister van Economie en Consumentenzaken Kris Peeters kondigt een wet aan waardoor winkeliers de prijzen op een correcte manier moeten afronden.
Bij cash betalingen krijgt de consument vaak muntjes van 1 of 2 eurocent terug van de winkelier. Die worden te weinig terug uitgegeven waardoor de Nationale Bank er jaarlijks extra in omloop moet brengen, wat een hoge kost met zich meedraagt. De productie kost meer dan de waarde van de munt.
Kris Peeters zal een wetsontwerp lanceren dat de winkeliers verplicht om hun prijzen op een correcte manier af te ronden. Concreet worden alle bedragen die eindigen op 1 of 2 eurocent naar beneden afgerond, 3, 4, 6 en 7 worden afgerond naar 5, 8 en 9 tenslotte worden afgerond naar 10. Zo zullen de kleine muntjes vanzelf verdwijnen.
Voor de klant wijzigt er qua besteding niets, aangezien afrondingen naar beide richtingen gebeuren en het, bijvoorbeeld in de supermarkt, vaak gaat over aan aantal producten die samen worden aangekocht. Wel zal hij minder kleingeld moeten meedragen. Ook de winkelier wint want hij wordt minder geconfronteerd met tekorten. Zelfstandigenorganisaties Unizo, UCM en Comeos riepen eerder al op om de rosse muntjes te bannen.
Voorbeeld:
5,22 euro wordt 5,20 euro
5, 23 euro wordt 5,25 euro
5,27 euro wordt 5,25 euro
5,29 euro wordt 5,30 euro