Defensie

Gepubliceerd

Deel dit standpunt

In de recente jaren hebben we te maken met aanzienlijke verschuivingen op het internationale politieke toneel, met toenemende geweldsspiralen. Europa bevindt zich in de nabijheid van verschillende conflictzones die dreigen te escaleren. Ten oosten van ons escaleren de spanningen tussen Rusland en Oekraïne, maar ook tussen Armenië en Azerbeidzjan over de Nagorno-Karabach regio. Verder is er de aanhoudende onrust in het Midden-Oosten. Ook de situatie op de Balkan blijft precair, met name door de politieke instabiliteit en het fragiele veiligheidsklimaat in de Sahel-regio na recente staatsgrepen en de toename van terroristische activiteiten. In het Arctische gebied, ten noorden van ons continent, ontstaat er strijd om de rijke natuurlijke hulpbronnen. De groeiende spanningen rondom Taiwan, wat cruciaal is voor maritieme routes, vormen een risico voor de Europese aanvoerlijnen. Al deze ontwikkelingen rondom Europa vormen samen een substantiële bedreiging voor de Europese vrede en veiligheid.

In deze context zijn we het aan onszelf verplicht om ons hiertegen te beschermen. Het is niet enkel onze manier van leven, onze waarden en normen, democratie en rechtstaat die worden bedreigd. We worden vandaag ook geconfronteerd met reële dreigingen ten aanzien van onze energie-infrastructuur, onze cyberstructuur en onze bevoorradingslijnen. Spionageschepen bedreigen onze kritieke infrastructuur in Noordzee. De veiligheid van maritieme handelsroutes is niet meer gegarandeerd. Die zijn nochtans van groot belang voor internationale energiebevoorrading, evenals voor onze export en welvaartscreatie.

Twee jaar na de niet-uitgelokte inval van Rusland in Oekraïne, is deze oorlog nog steeds aan de gang. De NAVO (samen met de EU) reageerde alert op de Russische dreigingen en versterkte de Oostflank van de alliantie. Collectieve verdediging hoort bij de kerntaken van defensie en omvat het verdedigen van het nationale grondgebied van de NAVO en EU-lidstaten. België steunt voor haar veiligheid op deze internationale gemeenschap, we kunnen ons dan ook niet veroorloven om achter te blijven met onze bijdrage. We moeten onze engagementen nakomen, zowel budgettair als capacitair.

Vandaag is België onvoldoende voorbereid op de uitdagingen die er zitten aan te komen. Dat is te wijten aan decennia van onderfinanciering. We moeten dringend een inhaalbeweging maken – en dat op alle domeinen. Het STAR-plan tekent een visie voor defensie uit richting 2030. Dat plan gaat al de goede richting op, maar het is nog altijd te weinig. De geplande investeringen zijn ‘too little, too late’.

Si vis pacem, para bellum. Als je vrede wilt, bereid je dan voor op oorlog. 2000 jaar geleden wisten de Romeinen dat al. Vandaag noemen we dat ‘deterrence’ of afschrikking. In de eerste plaats moeten we inzetten op diplomatie. Daarnaast moeten we een sterke defensie achter de hand houden. Bij een confrontatie met een agressieve tegenstander, moeten we de militaire kracht opbouwen. Zo beseft de tegenstander dat er een stevige reactie kan komen bij het lanceren van een aanval. Dat verkleint de kans op een aanval.

Voor cd&v is een geloofwaardige capaciteit gebaseerd op de volgende driehoek: personeel – budget – material resources (inclusief infrastructuur). Defensie moet daarnaast volledig ingebed zijn in de Belgische samenleving. Het moet de substantiële rol spelen die haar toekomt, en deelnemen aan de sociale en economische welvaart van ons land, in samenwerking met de industriële en academische wereld. Defensie is een vector van sociale mobiliteit, integratie en diversiteit. Het vervullen van die rol betekent dat de maatschappelijke rol van het leger opnieuw moet bevestigd worden en de relevantie ervan gewaarborgd, onder meer door het welzijn en de paraatheid van het personeel te verbeteren, bijvoorbeeld met een moderne infrastructuur.

cd&v ziet vijf grote uitdagingen voor defensie. Ten eerste moet er zo snel mogelijk meer budget worden vrijgemaakt. Ten tweede moet dat bijkomende budget ook op de juiste manier gebruikt worden. Ten derde moet defensie voldoende en bekwaam extra personeel aantrekken. Ten vierde moeten we inzetten op meer Europese samenwerking op vlak van defensie. Ten slotte moet België blijven inzetten op de multilaterale en bilaterale militaire partnerschappen.

Kernpunten

  • België moet zo snel mogelijk haar defensiebudget verhogen naar 2% van het bbp. Dat doel moet uiterlijk op 2035 bereikt worden. Er moet een concreet groeipad vastgelegd worden dat nauwgezet opgevolgd moet worden.
  • Er moeten gerichte materiële versterkingen komen voor zowel de land-, lucht- als de marine-component. Daarbij moeten we altijd rekening houden met interoperabiliteit met onze buurlanden.
  • Defensie moet investeren in een moderne infrastructuur, een modern uitgebouwde communicatiedienst en een strategische munitievoorraad.
  • We moeten een robuuste en veerkrachtige defensie-industrie uitbouwen in Vlaanderen en in België.
  • We moeten ambitie tonen in het personeelsbeleid: meer mensen aantrekken, een actieplan opstellen tegen vormingsattritie en maatregelen nemen om mensen langer bij Defensie aan boord te houden.
  • We moeten werk maken van een versterkte Europese militaire samenwerking, als aanvulling op de NAVO die de hoeksteen van ons internationaal veiligheidsbeleid blijft.
Terug naar alle standpunten