Vlaams parlementslid Cindy Franssen dient samen met Sabine de Bethune en de meerderheidspartijen een resolutie in naar analogie van een in de Kamer gestemde resolutie van CD&V-kamerlid Els Van Hoof. Deze resolutie bepleit de verankering van het recht op sociale bescherming in het Vlaams internationaal beleid en in de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking in het bijzonder. Hiermee zetten de Vlaamse meerderheidspartijen zich op 1 lijn met de NGO-campagne ‘Sociale bescherming voor iedereen’ (www.socialebescherming.be).
Wat voor ons vanzelfsprekend is, ontberen de meeste mensen in het Zuiden: toegang tot een basisgezondheidszorg en moederschapszorg, basisinkomenszekerheid voor de actieve bevolking in geval van ziekte, werkloosheid, handicap en zwangerschap en een garantie op pensioenen. Verschillende ontwikkelingslanden hebben reeds een universeel systeem opgezet om ervoor te zorgen dat niemand achterblijft. Maar anno 2017 beschikt 73% van de wereldbevolking over een beperkte of helemaal geen sociale bescherming. Hierdoor dreigen zij bij de minste tegenslag in de (extreme) armoede te verzeilen. Niets voor niets stelde Wereldbankvoorzitter Jim Yong Kim dat sociale bescherming de armoede en economische ongelijkheid vermindert en bijdraagt tot meer gendergelijkheid.
De resolutie vertrekt vanuit het idee dat sociale bescherming erkend is als een mensenrecht zoals gegarandeerd door artikel 25 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en geconcretiseerd door meerdere internationale verdragen waaronder deze van de Internationale Arbeidsorganisatie.
Daarom pleiten de indieners in de resolutie voor een minimale set aan garanties op het vlak van sociale zekerheid waarover elke mens tijdens zijn of haar leven moet kunnen beschikken. Juist door de ongelijkheid te verminderen, de koopkracht te versterken en de toegang tot gezondheidszorg te verzekeren, wordt het voor iedereen mogelijk gemaakt deel te nemen aan het economische en sociale leven, waardoor de hele samenleving er op vooruit gaat. Dit betekent dat sociale bescherming nog meer een centrale plaats moet krijgen in de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking.
Bovendien formuleert de resolutie een aantal concrete aanbevelingen ten aanzien van de Vlaamse regering: meer promotie van sociale bescherming op multilateraal niveau, grotere inzet van onze kennis en expertise waardoor Vlaanderen een voortrekkersrol kan spelen, nauwere samenwerking tussen de verschillende Vlaamse departementen in de strijd voor een universele sociale bescherming, blijvende inzet en investeringen in projecten in de partnerlanden met het oog op de uitbouw van een sociaal zekerheidssysteem en de blijvende ondersteuning van de actoren uit de civiele maatschappij die relevant en representatief zijn voor de realisatie van sociale bescherming in de partnerlanden.
Cindy Franssen: ”Niet te onderschatten is de rol van middenveld in de uitbouw van sociale bescherming. Vaak hebben middenveldorganisaties al de weg gebaand voor een performante sociale bescherming vooraleer overheden instappen en overleg en participatie formeel maken. Daarom hecht deze resolutie bijzonder veel aandacht aan de samenwerking tussen het middenveld in het Noorden en het Zuiden en aan de specifieke rol die zij kunnen spelen.”
Het doel van deze resolutie is sociale inclusie van alle groepen te garanderen, maatschappelijke kwetsbaarheid te bestrijden en op een structurele en duurzame wijze armoede en sociale ongelijkheid terug te dringen. Kortom, mensen in de ontwikkelingslanden en meer bepaald in onze partnerlanden moeten over een sociaal vangnet kunnen beschikken om zo de spiraal van armoede te doorbreken.