Dinsdag 2 en woensdag 3 juni gaan in het commissie Leefmilieu en Ruimtelijke Ordening hoorzittingen door over de conceptnota die Vlaams volksvertegenwoordiger Katrien Schryvers (CD&V) indiende voor een duidelijk kader voor het plaatsen van mobiele mantelzorgwoningen. “Met onze voorstellen willen we mensen nog meer mogelijkheden geven om ook bij zorgbehoevendheid in de eigen buurt te kunnen blijven wonen,” aldus Schryvers.
Mensen willen liefst zo lang mogelijk thuis of in de eigen omgeving blijven wonen, ook als ze nood hebben aan bijkomende zorg en ondersteuning door bijvoorbeeld ouderdom of ziekte. Ook het Vlaams Regeerakkoord en de beleidsnota van Minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding Wouter Beke maken uitdrukkelijk die keuze. Een groot deel van die bijkomende zorg wordt in veel gevallen gegeven door mantelzorgers. Dat zijn vaak dichte familieleden, zoals kinderen of ouders. Zo gebeurt het dat mantelzorgers in hun woning een apart woongedeelte maken om die zorgbehoevende van thuis uit te kunnen helpen. Voor de creatie van zo’n zorgwoning zijn echter vaak ingrijpende of dure werken nodig en dat is niet altijd wenselijk of mogelijk, in het bijzonder wanneer de zorg maar tijdelijk moet opgenomen worden.
Een plekje in de nabijheid van familie
“Mobiele mantelzorgwoningen kunnen dan een alternatief zijn,” vindt Katrien Schryvers. In dat geval wordt een tijdelijke woning bij een bestaand gebouw geplaatst. “Kinderen kunnen zo bij voorbeeld gemakkelijker zorg opnemen voor hun ouders. De zorgbehoevenden in kwestie moeten niet verhuizen naar gespecialiseerde opvang én hebben hun eigen plekje in de nabijheid van familie en in de vertrouwde buurt,” verduidelijkt ze.
Vandaag is er echter veel onzekerheid bij mensen die zo’n woonunit willen plaatsen. Het is niet altijd duidelijk wat wel toegelaten is en wat niet. Vaak ook moet een vergunningsprocedure doorlopen worden die lang duurt, terwijl de nood aan zorg zich soms plots voordoet en acuut is. “Daarom willen we duidelijke regels maken specifiek voor mobiele mantelzorgwoningen, net zoals dat nu reeds bestaat voor ‘gewone’ zorgwoningen.” Het voorstel van Schryvers voorziet dat wie een mobiele mantelzorgwoning wil plaatsen enkel nog een melding moet doen en geen lange procedure meer moet doorlopen, voor zover aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Zo moet het duidelijk zijn dat het slechts gaat om een tijdelijke plaatsing en moeten onder meer regels qua oppervlakte of afstand tot de perceelsgrenzen gerespecteerd worden. Wie niet onder de specifieke voorwaarden valt, moet nog steeds een vergunning aanvragen, net zoals dat vandaag het geval is.
Tijdelijk karakter
“Natuurlijk moeten we misbruik tegengaan,” zegt Schryvers nog, “De verantwoordelijkheid daarvoor leggen we bij de ondernemingen die de zorgwoning plaatsen.” Daarom voorziet het voorstel dat een mobiele mantelzorgwoning enkel geplaatst zal kunnen worden via een huurformule bij ondernemingen die daartoe gecertificeerd zijn. Zo worden deze bedrijven mee verantwoordelijk gehouden voor de handhaving, en voorkomen we dat een constructie die tijdelijk bedoeld was, een definitief karakter krijgt. Het tijdelijk karakter van de woning is immers cruciaal om het evenwicht tussen het belang van de zorg en de goede ruimtelijke ordening te bewaken.
Eind vorig jaar diende Katrien Schryvers samen met enkele collega’s een conceptnota in over het thema. Daarmee wilden ze een aanzet geven om de mogelijkheden van mobiele mantelzorgwoningen verder te onderzoeken zodat een juridisch kader kan worden gecreëerd. De commissie Leefmilieu en Ruimtelijke Ordening maakte eerder al afspraken om over de conceptnota van Schryvers hoorzittingen te organiseren. Omwille van de coronamaatregelen konden die op eerder vastgelegde data niet doorgaan, maar deze week komt het thema, zij het via digitale vergaderingen, wel terug op de commissieagenda.
Hoorzittingen
Op dinsdag 2 juni en woensdag 3 juni werpen verschillende organisaties hun licht op het thema, meer bepaald het Kempens Woonplatform, het Departement Ouderenzorg van de Stad Gent, de Vlaamse Ouderenraad, het Departement Omgeving, de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten, het Netwerk Architecten Vlaanderen en de Vlaamse Confederatie Bouw.
“Bedoeling is om na de hoorzittingen te bekijken op welke manier we het concept van tijdelijke mobiele mantelzorgwoningen kunnen verankeren in onze regelgeving,” zo besluit Schryvers, “Op die manier zouden we een mooie aanvulling kunnen doen op de bestaande mogelijkheden om mensen die zorg nodig hebben verder te kunnen laten wonen dicht bij hun mantelzorgers en in hun vertrouwde omgeving. ”.