Het aandeel leerlingen in het nijverheidstechnisch onderwijs daalt verder, en het aandeel meisjes dat kiest voor een nijverheidstechnische opleiding blijft minimaal. Dat blijkt uit de cijfers die Vlaams parlementslid Jos De Meyer ophaalde bij de cijfers van de onderwijsadministratie bij de website Dataloep.
“Nijverheidstechnisch onderwijs” is geen aparte categorie in de tellingen, daarom werden de gegevens over de studiegebieden Auto, Bouw, Hout, Koeling en Warmte, Mechanica-elektriciteit en Textiel samengeteld. In 1996 waren in de tweede en derde graad van die studiegebieden 59.192 leerlingen ingeschreven, in schooljaar 2016-2017 was dat aantal teruggelopen tot 44.194. Het aandeel van de nijverheidstechnische richtingen is daarmee teruggelopen van 20,45 naar 15,7% van het totale aantal ingeschreven leerlingen van de 2e en 3e graad. Dat is zelfs nog een lichte daling tegenover vorig schooljaar (15,85%).
In 1996 was 1/3 van de leerlingen uit het technisch onderwijs nog ingeschreven in een nijverheidstechnische richting, in schooljaar 216-2017 was dat nog 22.8% (19.806 van de 86.845 tso-leerlingen).
Heel opvallend is daarbij het zeer kleine aandeel vrouwelijke studenten in de nijverheidstechnische richtingen. In alle studierichtingen technisch en beroepsonderwijs samen is het aandeel van de meisjes 43.3% (69.044 van de 159.197 inschrijvingen), in de nijverheidstechnische richtingen blijft dat minimaal: slechts 2.26% van de ingeschreven leerlingen zijn meisjesstudenten. (zie tabel).
Als de vraag naar technisch geschoolden verder stijgt, moet zeker ook het aandeel van de nijverheidstechnische studierichtingen op peil blijven, vindt De Meyer.
De minister wil daartoe verder inzetten op aandacht voor STEM (Science, technology, engineering & mechancis) in het onderwijs. Dit najaar start een marktbevraging bij allen die bij STEM betrokken zijn om te bepalen hoe STEM ook binnen de tso-en bso-opleidingen voldoende aandacht te geven.
In “onderwijskiezer” (een website met gegevens die leerlingen helpen bij keuzes in hun studieloopbaan) worden de verschillende studierichtingen neutraal voorgesteld en met relevante informatie over beroepen en de arbeidsmarkt. Zo probeert men te investeren in weloverwogen studiekeuze, die minder afhankelijk is van de toevallige sociaaleconomische of sociaal-culturele situatie van leerlingen.
Een van de doelstellingen van STEM was ook om het aandeel meisjesstudenten in de STEM-richtingen te verhogen. In de STEM-richtingen van het nijverheidsgericht onderwijs is daar duidelijk nog werk aan de winkel, merkt De Meyer op.