Jawel, ook mannen krijgen in onze samenleving te maken met vooroordelen en genderstereotypen. Vaak manifesteren deze zich het duidelijkst in de negatieve reacties en sociale druk die vaders ervaren wanneer ze verlof en zorgtaken willen opnemen voor hun kinderen. “Om het signaal te geven dat ook mannen een gelijke plaats hebben binnen het gezin en dat het niet meer dan normaal is dat ook zij zorgtaken opnemen, moet het vaderschap worden erkend als discriminatiegrond.”, vindt CD&V-Kamerlid Els Van Hoof. “Wat voor moeders geldt, moet ook voor vaders kunnen.”, klinkt het. Ze dient een wetsvoorstel in waardoor de Genderdiscriminatiewet wordt aangepast.
Helaas bestaan er vandaag de dag nog steeds heel wat seksistische stereotypen. Deze kwalijke attitudes zijn het gevolg van het ‘aloude kostwinnersmodel’: mannen moeten de centen binnenbrengen, vrouwen nemen vooral de zorgtaken op zich. “We zijn al een tijdje de 21ste eeuw binnengewandeld. Dat merk je ook aan het feit dat meer en meer mensen moderne opvattingen hebben over hoe de combinatie werk en gezin eruit ziet. We merken echter ook dat mannen nog al te vaak worden weggezet als ‘minder zorgzaam’. Het zijn net deze achterhaalde genderstereotypes die vaders op de werkvloer parten spelen. Vaak worden zij geconfronteerd met drempels wanneer ze zorgtaken willen opnemen, zoals het opnemen van geboorte- en ouderschapsverlof.”, licht Van Hoof toe.
De stelling wordt bevestigd door tal van studies. Uit meerdere onderzoeken blijkt dat de opname van geboorteverlof nog steeds geen evidentie is in sommige bedrijven en organisaties. “Nochtans is de wil groot bij de vaders en meeouders om dit verlof op te nemen.”, zegt Van Hoof. Zo toonde een onderzoek van De Standaard uit 2016 aan dat 15,3 % van de vaders het vaderschapsverlof nog steeds niet opneemt. In een studie door het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen uit 2010 gaf 44,6 % van de ondervraagde vaders, die niet of slechts beperkt vaderschapsverlof hadden opgenomen, aan het verlof niet te hebben opgenomen omwille van het werk of de werkgever. Bovendien ondervond 10,8 % van de respondenten problemen of nadelen op het werk door het vragen naar geboorteverlof, zoals de dreiging met ontslag. “Dit zijn cijfers die je niet zomaar onder de mat kan vegen.”, vindt de Leuvense politica. “Het is hoog tijd om deze vorm van genderdiscriminatie, waar heel wat vaders het slachtoffer van zijn, te bestrijden. Vaderschap moet worden erkend als discriminatiegrond.”, klinkt het.
Concreet wordt ‘vaderschap’ opgenomen als een beschermd criterium in de Wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen (oftewel de Genderdiscriminatiewet). “Zo is het voor iedereen duidelijk dat seksisme ten aanzien van mannen op basis van hun rol als vader net zo min thuis hoort in onze samenleving, als het seksisme ten aanzien van vrouwen en hun rol als moeder. Seksisme en discriminatie, in welke richting dan ook, mogen we nooit aanvaarden.”, vindt het CD&V-parlementslid. Van Hoof wijst er ook op dat het hebben van een recht niet voldoende is: men moet het ook kunnen afdwingen. “Vandaag de dag hebben vaders echter nog geen rechtsmiddelen om zo’n discriminatie aan te vechten. De meest bekende instantie hiervoor, het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen, is bijvoorbeeld nog steeds niet bevoegd om vorderingen in te stellen als vaders gediscrimineerd worden. Het Instituut kaartte dit al meermaals aan, recent nog in het Loonkloofrapport 2017.”, klinkt het bij de CD&V-Volksvertegenwoordiger. Natuurlijk staat het elke vader vrij om zelf een rechtsvordering in te stellen. Het wetsvoorstel van Van Hoof zou beide pistes eindelijk mogelijk maken
Meer info
Els Van Hoof: 0474/52.68.18