Onze samenleving is in voortdurende verandering. We leven in een geglobaliseerde wereld van maatschappelijke veranderingen waar de trein van de technologische vooruitgang zonder stoppen verder dendert. In zo’n omgeving kan onderwijs niet stil blijven staan. Ons onderwijs moet zich voortdurend aanpassen aan de veranderende realiteit. De samenleving wordt meer divers. De arbeidsmarkt evolueert en stelt andere eisen. En tegelijk wordt de leef- en leergemeenschap die een school is ook zelf steeds anders en kan ze niet voorbij aan zijn wijzigende en meer diverse populatie. Meer dan ooit is de school dan ook een plaats van gesprek en overleg met jongeren die zelf de veranderingen van vandaag en morgen mee vorm zullen geven. Daarnaast moet het onderwijs ook burgerzin, algemene competenties en vaardigheden blijven aanleren.
Die veranderingen stellen ons onderwijs voor grote uitdagingen. Het behoud van onze internationale koppositie is niet vanzelfsprekend. Zo zien we dat ons onderwijs zich nog te veel richt op de gemiddelde leerling en moeilijk inspeelt op diversiteit. De uitbouw van meer inclusief onderwijs is niet vanzelfsprekend. We stellen vast dat het zogenaamde ‘watervalsysteem’ nog steeds een nefaste invloed heeft. In het verlengde daarvan vormt de ongekwalificeerde uitstroom nog altijd een probleem. Ons onderwijs slaagt er nog te weinig in sociale ongelijkheid in onze samenleving weg te werken. We willen onderwijs waarin iedereen zijn plaats vindt en dat iedereen voorbereidt op de samenleving.
Ons onderwijs moet meer dan vandaag oog hebben voor de talenten van leerlingen en iedere leerling uitdagen om te excelleren op die terreinen waar zijn talenten zich bevinden en manifesteren. Individuele begeleiding op school, waarbij er ingespeeld wordt op de specifieke noden van elke leerling, is dan ook een must.
Scholen moeten maximaal inzetten op netwerken, om de samenleving binnen te brengen in de scholen. Denken we aan de knowhow vanuit bedrijfsleven, de kennis rond oriëntering van dienstencentra, vanuit buurtorganisaties, oud-leerlingen. Om deze uitdagingen aan te pakken stimuleren we een onderwijsverandering van onderuit. Leerkrachten, directies en schoolbesturen hebben de kracht om die verandering op school waar te maken. We willen hen sterker maken. Dat zal ervoor zorgen dat we onze topkwaliteit behouden en deze uitdagingen succesvol het hoofd kunnen bieden. De krachtlijnen voor de modernisering van het secundair onderwijs, die onder impuls van de minister van Onderwijs dit jaar werden goedgekeurd, komen hieraan tegemoet. Ze geven de scholen grote autonomie om het beste onderwijs te bieden voor élke leerling dankzij leertrajecten gesneden op maat van ieders talenten, interesses en mogelijkheden. Op die manier behouden we de sterktes van ons onderwijssysteem en verbeteren we waar nodig.