Jobs, jobs, jobs
Met welke boodschap trok CD&V in 2014 naar de verkiezingen? Jobs, jobs, jobs. Meer mensen aan de slag krijgen, want dat betekent voor die mensen meer inkomen, een stevige financiering van de sociale zekerheid en de kans om de belastingen voor iedereen wat te laten dalen.
Resultaten?
Jazeker. In 2014 beloofden we de kiezer dat er 220.000 extra jobs zouden komen, en die komen er. De Nationale Bank verwacht tegen het einde van de legislatuur maar liefst 254.000 bijkomende jobs.
In december 2009 waren er 660.971 uitkeringsgerechtigde volledig werklozen. In mei 2018 waren dat er nog 438.536. In de loop van de legislatuur daalde het aantal werklozen dus met 222.435 of 34 %.
De werkloosheid daalde in alle leeftijdscategorieën. De grootste verbetering werd gerealiseerd op het vlak van de jongerenwerkloosheid. Ten opzichte van december 2019 zijn er bijna 70.000 minder werklozen in de leeftijdscategorie tot 35 jaar. Maar ook bij de 55plussers werden zeer goede resultaten geboekt. Er zijn sinds december 2019 bijna 91.000 minder werkloze 55plussers.” (Bron: RVA)
Onder de vorige regering was er geen sociaal akkoord (IPA) én een loonstop. Onder deze regering is er voor 2017-2018 een sociaal akkoord (IPA), een loonmarge van 1,1procent én stijging van de lonen door indexering met 2,9 procent.
Hoe zit het met de taxshift?
De taxshift heeft geleid tot meer jobs, en tot meer koopkracht. Dankzij de taxshift houden alle werkende mensen meer over op het einde van de maand. En hoe minder je verdient, des te groter het bedrag. Kleine ondernemers betalen minder vennootschapsbelastingen dan grote. Het hoogste tarief in de erfbelasting is afgeschaft. Al deze elementen maken onze fiscaliteit rechtvaardiger voor de gemiddelde man/vrouw.
Mensen in armoede helpen
Mensen in armoede hebben het moeilijk. Dat beseffen we zeer goed en we geven daar ook antwoord op. In de eerste plaats door in te zetten op jobs. Iemand die van een leefloon naar een job gaat, wint minstens 1500 euro koopkracht.
Daarnaast verhogen we de uitkeringen en lage pensioenen via de welvaartsenveloppe. En we geven daar gemiddeld zo’n 25 procent meer aan uit dan de vorige regering. Een voorbeeld: het leefloon van een gezinshoofd steeg sinds het begin van deze legislatuur met meer dan €140 per maand, dat is 1685 euro per jaar. Dat is veel meer dan de impact van 1 indexsprong, dat is een sterkere verhoging dan de index én de welvaartsstijging. Hierdoor is het leefloon dichter bij de Europese armoededrempel komen te liggen.
Verder stegen ook de minimumpensioenen voor degenen met een volledige loopbaan van 45 jaar met 6,4 procent wat overeenkomt met een maandelijkse stijging van 121 euro voor een gezinshoofd. Voor zij met een onvolledige loopbaan bedraagt de stijging 5,7 procent of zo’n 111 euro per maand voor gezinshoofden
Omdat gratis nu eenmaal niet bestaat, stijgen ook een aantal kosten, maar door een systeem van sociale toeslagen op vlak van onder andere elektriciteit, water, inschrijvingsgelden en openbaar vervoer sparen we wie het moeilijk heeft.
Onze ministers doen hiervoor grote inspanningen: het aantal toegekende school- en studietoelagen is hoger dan ooit dankzij een veel automatischer toekenning, in het Groeipakket wordt dit voor de schooltoelagen zelfs helemaal geautomatiseerd.Overigens zorgt dat nieuwe groeipakket voor een daling van de armoede bij gezinnen met kinderen. De korting op de waterfactuur voor kwetsbare groepen is 80 procent en klanten zijn beter beschermd tegen afsluitingen van water. Zo maken wij het verschil voor deze mensen.
Tot slot scoort België ook goed op vlak van inkomensongelijkheid. Er is ongelijkheid, maar dankzij onze sterke sociale zekerheid vlakken we die uit. Sinds 2010 is die nog afgenomen, terwijl ze in Europa steeg. We beseffen dat we er nog niet zijn en zullen verder aan de kar trekken om de uitkeringen op te trekken tot de armoedegrens. Elke arme is er een te veel.
Arbeidsmarkt hervormen
Deze regeringen hervormen. Dat is niet altijd gemakkelijk, maar wel broodnodig. Waarom? Jaarlijks stijgen de pensioenkosten met 1,7 miljard. Dit is zo veel als het budget voor justitie. Elke maand komen er 10.000 gepensioneerden bij. Dit groeiend koekoeksjong dreigt alle andere uitgaven weg te duwen. Als we pensioenen willen blijven betalen, en ook geld hebben voor justitie en veiligheid, dan moeten we met zijn allen langer werken. In Italië, Duitsland en Nederland hebben regeringen de pensioenleeftijd verhoogd. En veel sneller dan bij ons. Het is niet aangenaam, maar we geven hiermee perspectief. De pensioenen zullen betaald blijven worden. Nu, maar ook voor onze kinderen en kleinkinderen.
Concreet voorzien we tussen 2014 en 2019 7,5 miljard euro extra om de pensioenen te betalen. En nog eens 2 à 3 miljard voor de gezondheidszorg. Dat wil dus zeggen dat we 10 miljard meer investeren in de sociale zekerheid in 2019 dan in 2014 . Als we vandaag niet hervormen, waar eindigen we dan binnen vier jaar? Met een privatisering van de pensioenen, gezondheidszorg en publieke dienstverlening. Dan zitten we pas met een neoliberale agenda.
Verder biedt de Wet Werkbaar en Wendbaar Werk voordelen aan werkgevers en werknemers. Volgens onderzoek van Acerta is 75 procent werknemers vragende partij. Hoe veel ouders zouden niet graag wat vroeger thuis zijn op dagen dat kinderen examens hebben? En dit op een ander moment compenseren? Het gebeurt op heel veel plaatsen al informeel. Er is ee nrechtstreeks kader aanwezig, dat ook bescherming geeft. De glijdende uurroosters, het occasioneel telewerk, het loopbaansparen en het schenken van verlof maken deel uit van deze maatregelen die de werknemer moeten toelaten om meer vat te hebben op zijn werk en om zijn inspanningen beter te spreiden om het professioneel leven en het gezinsleven te verzoenen.
Het zorgbeleid in Vlaanderen
Deze regering is begonnen met een tekort dat ze moest toerijden en toch heeft onze partij bekomen dat de investeringen in zorg en welzijn verder gingen. Meer dan de helft van de Vlaamse middelen gaat naar zorg, welzijn en onderwijs – belangrijke elementen van levenskwaliteit – en dit dankzij het werk van CD&V. Meer dan de helft van de bijkomende investeringen gebeurde in zorg en welzijn.
Zo wordt er 900 miljoen euro geïnvesteerd in zorg & welzijn door Jo Vandeurzen sinds 2014. Federaal steeg het budget voor geneeskundige verzorging sedert 2015 met 1,5 miljard euro. Toch gaat het niet enkel over extra geld, maar ook over hervormen.
We staan voor grote wijzigingen in de gezondheidssector: we maken een verschuiving mee van acute naar chronische zorg. De zorg evolueert van acute, klachtgerichte behandeling naar doelstellinggerichte zorg die bij de persoon met een zorgnood vertrekt en zoveel mogelijk rekening houdt met diens kwaliteit van leven.
Deze regering is begonnen met een tekort dat ze moest toerijden en toch heeft onze partij bekomen dat de investeringen in zorg en welzijn verder gingen. Zo gebeuren meer dan de helft van de bijkomende investeringen in zorg en welzijn.
In de kinderopvang zijn er momenteel 94.738 plaatsen, waarvan 74% met inkomenstarief, dat is een stijging van maar liefst 1.953 plaatsen sinds 2014. Daarnaast zorgden we er ook voor dat er in de ouderen zorg op vijf jaar tijd 9.802 woongelegenheden bijkwamen, goed voor gemiddeld 1.960 per jaar. Hierbij houden we ook rekening met de stijgende zorgzwaarte.
Verder krijgen intussen 300.000 kwetsbare Vlamingen een maandelijks zorgbudget en werd er deze legislatuur ruim 330 miljoen euro vrijgemaakt voor mensen met een handicap. Daarbij zal de Vlaamse sociale bescherming een budget van 4,1 miljard euro omvatten. Tot slot waren er in 2014, bij het begin van deze legislatuur, nog 132.000 mensen werkzaam in de Vlaamse zorgsector. Vandaag zijn dat er bijna 142.000. Dat betekent een stijging van 10.000 VTE op 4 jaar tijd.