Asiel is voor veel mensen het meest zichtbare onderdeel van migratie. Mensen op de vlucht voor oorlog en geweld die een gevaarlijke tocht ondernemen, op zoek naar bescherming, spreken nu eenmaal tot de verbeelding. In België maakten erkende vluchtelingen, altijd al, slechts een klein percentage van het totaal aantal nieuwkomers uit. Mensen die naar België komen in het kader van gezinshereniging zijn traditioneel de grootste groep.
In onze geglobaliseerde wereld is migratie een realiteit. Globale politieke, economische, ecologische en demografische ontwikkelingen maken dat mensen altijd van de ene naar de andere plaats zullen verhuizen. De grenzen van ons land of van de Europese Unie volledig sluiten, is een illusie. Dat is onmogelijk én onwenselijk. Mensen op de vlucht willen we bescherming bieden. Andere migranten kunnen positief bijdragen aan onze samenleving. Tegelijk mogen we niet blind zijn voor de uitdagingen waar migratie ons voor plaatst.
Humaan en kordaat asielbeleid
We willen een humaan en kordaat asiel- en migratiebeleid, en zetten in op een sterker Europees beleid. We pakken in eerste instantie de oorzaken van conflicten in de regio’s zelf aan, zodat vluchtelingenstromen vermeden worden. Kwalitatieve opvang in de conflictregio’s en controle van de Europese buitengrenzen gaan daarmee hand in hand. In België zelf moeten we een kwaliteitsvolle, snelle asielprocedure garanderen.
CD&V kiest voor een evenwicht tussen collectieve en individuele opvang. Asielzoekers met een hoge kans op erkenning of een kwetsbaar profiel (bijvoorbeeld alleenstaande moeders met kinderen) worden ondergebracht in de individuele opvang. Daarbij hebben we speciale aandacht voor de kwetsbare groep niet-begeleide minderjarigen.
Voor wie hier niet kan blijven, willen we een kordaat en humaan terugkeerbeleid. We kiezen in de eerste plaats voor vrijwillige terugkeer. Dat is de meest humane en duurzame manier. Uitgeprocedeerde mensen helpen we een toekomst uit te bouwen in het land van herkomst. Indien er niet op vrijwillige terugkeer wordt ingegaan, is gedwongen terugkeer de enige resterende mogelijkheid.
Stapsgewijze en gecontroleerde economische migratie
Niet alle nieuwkomers zijn hier omdat ze gevlucht zijn voor oorlog en geweld, maar bijvoorbeeld om hier te studeren of te werken. CD&V wil een duidelijk, positief migratiebeleid.
Legale migratie is een positief verhaal. Legale migratie is goed voor de migrant zelf, voor de ontvangende samenleving én voor het land van herkomst. Veel migranten keren na verloop van tijd immers terug, mét hun opgedane ervaring. Via studentenmigratie trekken we buitenlands talent aan. En arbeidsmigranten kunnen lacunes op onze eigen arbeidsmarkt invullen.
In de zoektocht naar arbeidskrachten gaan we stapsgewijs te werk. Eerst spreken we het binnenlandse potentieel aan. Daarna kijken we naar arbeidskrachten uit de Europese Unie. Tot slot gaan we voor gecontroleerde economische migratie uit andere landen. We zoeken naar profielen die onze arbeidsmarkt nodig heeft. Dat kunnen zowel hoog- als laaggeschoolden zijn.
We zetten ook in op circulaire migratie. Dat is een bijzondere vorm van economische migratie. De migrant komt voor een of enkele periodes naar ons land om vervolgens telkens terug te keren naar het land van herkomst en daar met de opgedane kennis en ervaring aan de slag te gaan.
Integratie: samenleven in diversiteit
CD&V kiest niet voor polarisatie, maar promoot respect tussen verschillende culturen en levensbeschouwingen. Culturele verschillen maken onze samenleving kleurrijker. Omdat we vasthouden aan een gedeelde sokkel met basiswaarden, kunnen we diversiteit ruimte geven zonder dat het bedreigend is of de samenleving uiteenrafelt.
Voor ons telt elke mens. Iedereen die hier op legale wijze verblijft, moet gelijk behandeld worden. Dat betekent dat iedereen gelijke rechten, maar ook gelijke plichten heeft. We verwachten dat iedereen volgens zijn mogelijkheden bijdraagt aan de samenleving.
Het inburgerings- en integratiebeleid moet ervoor zorgen dat nieuwkomers snel thuis zijn in onze samenleving. Verder moet de participatie van nieuwkomers op de arbeidsmarkt omhoog. Werk is dé sleutel tot integratie. We voorzien begeleiding via stageplaatsen, duaal leren en erkenning van buitenlandse diploma’s of elders verworven competenties. De overheid heeft een voorbeeldfunctie in de tewerkstelling van mensen met een migratieachtergrond.
Visie op migratie
De mens staat centraal. Mensen die op de vlucht zijn voor oorlog en vervolging, mensen die nood hebben aan bescherming, moeten die ook krijgen. Dat heet ‘solidariteit’. Maar we moeten eerlijk zijn. We kunnen in ons land niet alle vluchtelingen van de wereld opvangen. Noch kunnen we iedereen die hier aankomt ook laten blijven als blijkt dat ze geen nood aan bescherming hebben. Mensen die asiel aanvragen, maar dat doen uit louter economische overwegingen, maken geen kans op erkenning. Om te zien wie wel en niet in aanmerking komt voor bescherming gaan we voor een snelle, duidelijke en kwaliteitsvolle asielprocedure die de betrokkene rechtszekerheid biedt.
We houden vast aan een humane bescherming van vluchtelingen, in overeenstemming met onze internationale engagementen, zoals het VN-Vluchtelingenverdrag van 1951 (Conventie van Genève), dat de internationale bron blijft voor de rechten en plichten van mensen op de vlucht
De vluchtelingencrisis is een uitdaging die België niet alleen aankan. Vanuit conflictzones aan de grenzen van de Europese Unie vluchten personen naar de verschillende lidstaten. Momenteel lijken lidstaten vooral een eigen beleid te willen voeren. Hekken, gesloten grenzen, niet of onvoldoende registratie van asielzoekers e.d. zijn geen oplossing. Ze verplaatsen het probleem. België en de andere EU-landen kunnen deze uitdaging niet afzonderlijk aan. Europese samenwerking is voor ons het enige antwoord dat soelaas kan brengen op lange termijn. De solidariteit tussen lidstaten is essentieel.
Een coherent buitenlands en defensiebeleid dat conflicten en oorlogssituaties aanpakt is essentieel. Dit kan dus ook militaire tussenkomsten impliceren. Zolang oorlogen en geweld woeden aan de grenzen van de Unie en elders in de wereld, zullen vluchtelingenstromen bestaan. Wanneer geweld mensen op de vlucht doet slaan, moeten we snel handelen. We mikken in eerste instantie op kwaliteitsvolle opvang in de regio zelf. Vluchtelingen moeten er kunnen rekenen op voldoende toegang tot fysische en psychische gezondheidszorg, onderwijs en arbeid. In de mate dat de buurlanden in de regio dit niet alleen kunnen, moet Europa steun vrijmaken. Zo vermijden we dat vluchtelingen beginnen aan een lange en gevaarlijke tocht. Een tocht waarvan vooral mensensmokkelaars beter worden. Veel vluchtelingen willen na het conflict snel naar huis terug. Opvang dicht bij het thuisland is de beste oplossing en verdient de voorkeur. Aanvullend is een eengemaakte Europese asielprocedure en een adequaat terugkeerbeleid aangewezen.
Maar niet iedereen blijft natuurlijk in de regio. Zeker niet als conflicten lang aanslepen, voorzieningen in buurlanden niet toereikend zijn en geen perspectief bieden op een veilig en stabiel leven. Een sterkere controle van de Europese buitengrenzen is dan ook nodig, zeker als we willen vermijden dat binnen de EU weer grenscontroles worden ingevoerd. Uiteraard blijft onder alle omstandigheden het redden van mensenlevens, bv. op zee, onze eerste bekommernis. Lidstaten aan de buitengrenzen hebben een grote verantwoordelijkheid. Ze staan er echter niet alleen voor en moeten geholpen worden door andere lidstaten. Het spreekt voor zich dat dit alles niet mogelijk is zonder samenwerking tussen de Unie en haar buurlanden buiten de Unie.
Deze samenwerking moet in eerste instantie voorkomen dat mensen de tocht naar de EU ondernemen. Zo vermijden we discussies over de wettelijkheid en wenselijkheid van een terugdringbeleid (mensen terugsturen zonder kans om asiel aan te vragen, de zogenaamde ‘pushbacks’), ook al zijn we altijd zeer duidelijk geweest hieromtrent. De Europese rechtspraak is trouwens duidelijk: een terugdringbeleid kan niet. Mensen hebben het recht asiel aan te vragen. Of ze al dan niet bescherming krijgen, wordt nadien onderzocht. Geenszins mogen mensen zomaar teruggestuurd worden zonder hun recht op een asielaanvraag te hebben kunnen uitoefenen. En al helemaal niet als dat betekent dat hun leven opnieuw in gevaar wordt gebracht.
Ook bij verwerking van aanvragen en opvang van asielzoekers moet solidariteit tussen de lidstaten bestaan. We ondersteunen het systeem van ‘verzamelpunten’ (‘hotspots’) in de lidstaten aan de buitengrenzen. In deze ‘hotspots’ moet een eerste registratie en doorlichting van asielzoekers gebeuren. Zo kunnen asielzoekers die bijna zeker in aanmerking komen voor bescherming, gescheiden worden van de rest. Vervolgens worden ze via een permanent quotasysteem verdeeld over de lidstaten van de Unie. Zij zijn verantwoordelijk voor de opvang en het verdere verloop van de asielaanvraag.
Een goed functionerend asielbeleid kan niet zonder een humaan en kordaat terugkeerbeleid. Het is nog altijd de achilleshiel van het Belgisch en Europees asielbeleid. Nochtans is het er een onmisbaar sluitstuk van. Via een snelle terugkeer hebben de betrokkenen spoedig duidelijkheid over hun toekomst en worden potentiële vertrekkers, gelokt door valse verwachtingen en beloftes, ontmoedigd. Meer dan ooit moeten we inzetten op terugkeerbeleid. Wij kiezen daarbij altijd voor vrijwillige terugkeer als het kan, maar gedwongen terugkeer als het moet. Vrijwillige terugkeer, waartoe in eerste instantie iedereen toegang krijgt, is de meest duurzame vorm van terugkeer. De betrokkene wordt geholpen om zijn leven in het land van herkomst (of in een derde land) terug op de rails te zetten. Voor wie daar geen gebruik van wil maken, is gedwongen terugkeer de enige andere optie. Ook in het terugkeerbeleid moet meer worden samengewerkt op Europees niveau. Samenwerking tussen lidstaten kan de terugkeer efficiënter doen verlopen. Misbruik van de asielprocedure (bv. meervoudige aanvragen) louter om terugkeer te voorkomen, pakken we verder aan.
Tenslotte mogen we het veiligheidsaspect niet uit het oog verliezen. Dat is voor veel mensen een bekommernis. Asielzoekers worden bij registratie grondig doorgelicht. Ze worden medisch doorgelicht, maar de veiligheidsdiensten kijken ook hun achtergrond na en gaan na of ze geen gevaar betekenen voor de maatschappij. Elke kans tot verbetering moeten we grijpen, in het bijzonder qua versterking van de informatie-uitwisseling tussen de bevoegde diensten van de EU-lidstaten.