Het aantal leerlingen uit het kleuter-, lager en secundair onderwijs dat omwille van een plaatsing in een pleeggezin een schooltoeslag geniet, is op zes schooljaren tijd met meer dan veertig procent gestegen. In het hoger onderwijs is sprake van bijna een verdriedubbeling op vijf jaar tijd. Dat vernam Vlaams volksvertegenwoordiger Katrien Schryvers in antwoord op parlementaire vragen. “Het automatisch recht op een volledige schooltoeslag of studietoelage is één van de ondersteuningsmechanismen voor pleegouders die we enkele jaren geleden decretaal invoerden”, aldus Schryvers, “Het is duidelijk dat die zijn effect niet mist. Door pleeggezinnen zo beter te ondersteunen, geven we pleegkinderen meer kansen.” 

Tijdens de Week van de Pleegzorg, die dit jaar loopt van 12 tot 20 november, wordt pleegzorg extra onder de aandacht gebracht. Wanneer een kind tijdelijk niet meer thuis kan blijven wonen, is pleegzorg de eerste te overwegen vorm van hulpverlening. “De geborgenheid die een gezin kan geven, is immers meestal te verkiezen boven een verblijf in een instelling”, aldus Vlaams volksvertegenwoordiger Katrien Schryvers, op wiens initiatief in 2012 een nieuw decreet pleegzorg werd aangenomen. “Daarom verankerden we heel bewust in het decreet dat de jeugdrechter altijd eerst moet nagaan of pleegzorg mogelijk is als een kind voor korte of langere tijd niet thuis kan blijven wonen. Om dat mogelijk te maken voorziet het decreet ook een aantal ondersteuningsmaatregelen.”

Uit de cijfers blijkt duidelijk dat die ondersteuning én de sterke campagnes voor pleegzorg sindsdien hebben gezorgd voor een aanzienlijke stijging van het aantal pleeggezinnen, en dus ook van het aantal pleegkinderen dat in een pleeggezin kan worden opgevangen.

Schooltoeslag en studietoelage

Eén van die ondersteuningsmaatregelen is het automatisch recht op een volledige schooltoeslag (voor basis- en secundair onderwijs) of studietoelage (voor hoger onderwijs) voor pleegkinderen en pleeggasten die ten minste een jaar in een pleeggezin verblijven. “Oplopende studiekosten mogen immers geen beletsel vormen om de pleegzorg voort te zetten”, zegt Schryvers daarover. inds het schooljaar 2019-2020 is de schooltoeslag voor het basis- en secundair onderwijs opgenomen in het Groeipakket onder de noemer selectieve participatietoeslag.

Basis- en secundair onderwijs

Sinds het ingaan van deze ondersteuningsmaatregel (schooljaar 2014-2015) is het aantal pleegkinderen en -gasten die schoollopen in het basis- of secundair onderwijs en die omwille van een pleegzorgplaatsing een schooltoeslag of een selectieve participatietoeslag krijgen, gestegen van 2.682 tot 3.862 in het schooljaar 2020-2021. Dat is een stijging met maar liefst 44 procent, zo blijkt uit cijfers die Vlaams parlementslid Katrien Schryvers opvroeg in parlementaire vragen.

Schooljaar

 

 

Kleuteronderwijs

Lager onderwijs

Secundair onderwijs

Totaal

2014-2015

411

1.125

1.146

2682

2015-2016

471

1.280

1.280

3031

2016-2017

461

1.284

1.391

3136

2017-2018

449

1.306

1.485

3240

2018-2019

489

1.437

1.640

3566

2019-2020

630

1.529

1.754

3913

2020-2021

595

1.496

1.771

3862

Toename

+ 44,8%

+ 33%

+ 54,5%

+ 44%

 

Hoogste aantal in de provincie Antwerpen

Het aantal leerlingen dat een studietoeslag krijgt omwille van de pleegzorgsituatie is jaarlijks het hoogst in de provincie Antwerpen. Vorig schooljaar ging het om bijna een derde (31 procent) van het totaal aantal dossiers, nl. 1.196 op een totaal van 3.862.

Schooljaar

Aantal toekenningen studietoeslagen o.b.v. pleegzorgdecreet

2020-2021

Antwerpen

Limburg

Oost-Vlaanderen

Vlaams-Brabant

West-Vlaanderen

XX*

Totaal

kleuter

192

94

137

82

90

0

595

lager

429

254

330

216

259

8

1.496

secundair

575

230

385

231

337

13

1.771

Totaal

1.196

578

852

529

686

21

3.862

*Woonplaats buiten Vlaanderen of (momenteel) ongekend binnen de Centrale Groeipakketapplicatie.

Sterke stijging voor het hoger onderwijs

Opvallend is ook de stijging van het aantal studenten uit het hoger onderwijs die een automatisch recht hebben op een studietoelage omdat ze wonen in een pleeggezin. Hun aantal steeg van 96 voor het schooljaar 2015-2016 tot 263 studenten voor het academiejaar 2020-2021. Dat is een stijging van maar liefst 174 procent, zo bleek uit de cijfers die Schryvers verkreeg. “In 2018 maakten we mogelijk dat pleegzorg kan doorlopen tot de jongere 25 jaar oud is en niet moet stoppen op de leeftijd van 21 jaar”, zegt Schryvers, “Dit kan mee een reden zijn voor de grote toename van het aantal pleegjongeren met een studietoelage.”

Aantal studenten in een pleeggezin met een studietoelage, per schooljaar

’15-’16

’16-’17

’17-’18

’18-’19

’19-’20

’20-’21

96

142

139

179

225

263

“Met de automatische toekenning van de studiefinanciering en het optrekken van de leeftijd voor pleegzorg tot 25 jaar wilden we ervoor zorgen dat financiële bekommernissen geen reden meer zouden zijn om pleegjongeren ervan te weerhouden verder te studeren”, zegt Schryvers, “Ook voor hen is dat immers ontzettend belangrijk om hun kansen voor de toekomst te verzekeren. Bovendien kunnen de pleeggezinnen zo zelf gemakkelijker hun huis en hun hart blijven openstellen, ook als de jongeren hogere studies volgen.”

Studiefinanciering blijft doorlopen na verandering van pleeggezin

Sinds 1 september van dit jaar wordt, ook op initiatief van Schryvers, het recht op de selectieve participatietoeslag gegarandeerd wanneer een pleegkind in de loop van het schooljaar van pleeggezin verandert. Voorheen verviel dat recht dan. Voorwaarde is wel nog steeds dat de pleegzorg in totaal minstens een jaar duurt.

Zie ook Knack