Vlaanderen en Nederland ondertekenen verdragswijziging
27-02-2013
Vandaag ondertekenen Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits en haar Nederlandse collega, minister van Infrastructuur en Milieu, Melanie Schultz van Haegen een verdragswijziging waardoor de ruimtelijke reservering voor het Cabergkanaal wordt geschrapt. Dit geeft de gemeenten Lanaken en Maastricht en de beide provincies Limburg de mogelijkheid om die ruimte te ontwikkelen in het kader van het grensoverschrijdend gebiedsgericht plan Albertknoop.
Historiek
België en Nederland ondertekenden op 24 februari 1961 een verdrag met als doel via een aantal ingrepen de waterwegverbinding tussen Albertkanaal en Julianakanaal op termijn te verbeteren ten bate van de binnenvaart. De aanleiding voor het verdrag vormde de slechte doorstroming van de scheepvaart van en naar Antwerpen en Luik als gevolg van een te beperkte capaciteit van het sluizencomplex bij Ternaaien (deelgemeente van Wezet, provincie Luik).
Eén van de opties bestond erin om een 4 km lang nieuw kanaal, het zogenaamde Cabergkanaal, aan te leggen dat een rechtstreekse verbinding zou vormen tussen beide kanalen. Beide landen vrijwaarden sindsdien terreinen met het oog op de mogelijke aanleg van het Cabergkanaal. Zowat 500 meter daarvan zou op Belgisch grondgebied liggen.
Geen noodzaak meer
Sinds de verdragssluiting van 1961 is de capaciteit van het sluizencomplex in eerste instantie vergroot door de aanleg van een derde sluiskolk. Nu wordt ook een vierde sluiskolk gerealiseerd. De capaciteit van het sluiscomplex wordt dusdanig vergroot dat er ook voor de lange termijn geen knelpunten meer worden verwacht met betrekking tot de doorgang voor scheepvaart. Door deze verbeteringen aan het waterwegennet kwamen Vlaanderen en Nederland tot de conclusie dat de aanleg van het Cabergkanaal achterhaald was.
De reservatiestrook maakt de aanleg van zowel het project Albertknoop als de gehele noordelijke stadsontwikkeling van Maastricht onmogelijk. Met het oog op de optimalisering van de grensoverschrijdende gebiedsontwikkeling kan deze strook van het virtuele Cabergkanaal dan ook worden geschrapt.
Op 7 oktober 2011 gaf de Vlaamse regering groen licht voor de start van de officiële onderhandelingen tussen de Vlaamse Regering en de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden over de wijziging van artikel 10 van het “Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België tot verbetering van de verbinding tussen het Julianakanaal en het Albertkanaal van 24 februari 1961”.
Dankzij de ondertekening van de verdragswijziging vandaag door Vlaams minister Hilde Crevits en Nederlands minister Melanie Schultz van Haegen kunnen de terreinen worden vrijgegeven voor andere geplande ruimtelijke en stedelijke ontwikkelingen op het grondgebied van Maastricht en Lanaken. Nu kunnen de verschillende Vlaamse en Nederlandse bestemmingsplannen worden aangepast, waar deze reservatiestrook voorlopig nog staat op ingetekend.
De schrapping van de reservatiestrook voor het Cabergkanaal maakt een duurzame en integrale gebiedsontwikkeling mogelijk, met inbegrip van de al in gang gezette ontwikkelingen en vastgelegde investeringen. Deze ruimtelijke ontwikkeling maakt deel uit van het grensoverschrijdend gebiedsgericht strategisch plan Albertknoop. Bij de verdragswijziging zijn ook de nodige garanties opgenomen voor de verdere ontwikkeling van de binnenvaart.
Minister Hilde Crevits: “Om de Limburgse economie de volgende jaren verder te kunnen uitbouwen, met het oog op nieuwe jobs en voldoende welvaart voor iedereen, is het belangrijk dat er ruimte is voor duurzame investeringen. Om jobs te creëren moeten we de logistieke mogelijkheden van Limburg optimaal in stelling kunnen brengen. Dankzij de schrapping van de reservatiestrook voor het Cabergkanaal vandaag is er rechtszekerheid voor een reeks projecten in het kader van het strategisch grensoverschrijdend project Albertknoop. Dit werd opgezet om in het grensgebied tussen de Nederlandse stad Maastricht en de Vlaamse gemeente Lanaken een multimodaal ontsloten regionaal bedrijventerrein tot stand te brengen dat zich op een duurzame wijze inpast in de omgeving. Door zijn ligging aan het Albertkanaal is het een watergebonden bedrijventerrein met een rechtstreekse link naar de haven van Antwerpen.”