Vlaams Minister voor Welzijn en Volksgezondheid Wouter Beke voorziet via een besluit van de Vlaamse regering in de mogelijkheid om de verschijning van een minderjarige voor de jeugdrechtbank te laten doorgaan via videoconferentie. De eerste zitting zal wel nog steeds fysiek georganiseerd worden. Daarna zal het steeds mogelijk zijn via videoconferentie.
Met dit besluit maken we het gebruik van videoconferenties mogelijk in zeer concrete situaties. Zo is Vlaanderen al langer vragende partij om hiervan gebruik te maken tijdens de zittingen die georganiseerd worden in het kader van de wet van 1 maart 2002 betreffende voorlopige plaatsing van minderjarigen, die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd (de zogenaamde Everbergzittingen). Met de videoconferentie kan bijvoorbeeld de zeer belastende en tijdsintensieve overbrengingen van Everberg naar de Vlaamse jeugdrechtbanken vermeden worden. Ook zal het mogelijk zijn voor zittingen voor het verlengen van maatregelen voor minderjarigen die in de gemeenschapsinstellingen verblijven, mits voldaan wordt aan de nodige randvoorwaarden. Dit is een belangrijke stap in de verdere digitalisering van Justitie. Samen met de jeugdmagistratuur, de gemeenschapsinstellingen en de jeugdadvocatuur kan nu op een kwaliteitsvolle manier de goede praktijk van videoconferentie zich nu ook in Vlaanderen duurzaam ontwikkelen.
Met dit besluit maakt de Vlaamse regering het mogelijk om in alle Vlaamse gemeenschapsinstellingen, met name de gemeenschapsinstelling De Grubbe te Everberg, de 2 campussen van de gemeenschapsinstelling De Kempen te Mol, de 3 campussen van de gemeenschapsinstelling De Zande, via digitale weg te communiceren met de jeugdrechtbank. We zorgen dat ook de sociale diensten jeugdrechtbank hiervan gebruik kunnen maken.
Vlaams minister van Welzijn en Volksgezondheid Wouter Beke over de voordelen van videoconferentie: ‘Zo hoeven de minderjarige, jeugdrechter, het openbaar ministerie, de ouders of de wettelijke vertegenwoordigers van de minderjarige, de opvoedingsverantwoordelijken en de burgerlijke partijen en hun respectievelijke advocaten niet fysiek aanwezig te zijn op de zitting, wat in tijden van corona geen overbodige luxe is. Ook betekent dit een forse besparing: door de zitting te organiseren via videoconferentie, hoeven minderjarigen niet telkens door de politie overgebracht worden naar de jeugdrechtbank.’ Uiteindelijk is er het voordeel van risicobeperking, in die zin dat de mogelijkheden voor ontvluchting tijdens of naar aanleiding van de overbrenging, worden beperkt.