Slechts 1 middelgrote windmolen goedgekeurd in Vlaanderen
12-05-2010
Windenergie is hot en een essentieel onderdeel van de duurzaamheidsdoelstellingen van het Pact 2020. Maar is elke investering in windenergie op dit moment ook rendabel? Alvast voor kleine en middelgrote windmolens kunnen daarbij vragen worden gesteld. Volgens minister Muyters keurde de Vlaamse Overheid het afgelopen jaar slechts één aanvraag voor een middelgrote windmolen goed. Vlaams parlementslid Martine Fournier roept op tot verder onderzoek: “Als de lage rendabiliteit medeoorzaak is van het gebrek aan interesse, moet de verdere ontwikkeling van de technologie gestimuleerd worden.”
Voor het plaatsten van een windmolen moet een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd worden. De omzendbrief van 30 april 2009 bepaalt dat kleine windmolens (tot 15 m) aangevraagd worden bij de lokale overheid. Middelgrote windmolens (vanaf 15m tot 300 kW) moeten, net als grote windmolens (vanaf 300 kW), behandeld worden door de gewestelijk stedenbouwkundige ambtenaar.
Eén jaar na het versturen van de omzendbrief vroeg Martine Fournier aan minister van Ruimtelijke Ordening Philippe Muyters een stand van zaken. Er werden afgelopen jaar 9 aanvragen ingediend, waarvan slecht één aanvraag werd goedgekeurd. De andere werden geweigerd omwille van strijdigheid met de planologische bestemming, visuele en geluidshinder of niet verenigbaar met de goede ruimtelijk ordening van de omgeving. Verder viel op dat verschillende dossiers onvolledig waren.
Een verklaring voor het lage aantal aanvragen kan liggen in het beperkte rendement van kleinere turbines. Een Nederlands onderzoek uitgevoerd door Lowtech Magazine leverde daarover relevant cijfermateriaal.Volgens dat onderzoek verbruikt één huisgezin 3.400 kilowattuur per jaar. Om deze energie te produceren zijn op dit moment en afhankelijk van het model tot 47 kleine of 14 middelgrote turbines nodig. Grotere turbines met een relatief beperkte rotordiameter van 18m, leveren daarentegen rees 143.000kWh per jaar (42 gezinnen). En dat terwijl de kostprijs voor de plaatsing van de windmolens niet evenredig hoger ligt. De grote turbine kost weliswaar 17% meer dan de 47 kleintjes, maar levert bijna 20 keer zoveel energie.
Martine Fournier is dan ook niet verbaasd over het lage aantal aanvragen: “Als deze cijfers kloppen, moet de Vlaamse overheid volop inzetten op de verdere ontwikkeling van deze technologie. Vlaanderen beschikt over te weinig open ruimte om louter te rekenen op grote windenergieprojecten voor de productie van groene stroom. Turbines op gezins- of zelfs wijkniveau mogen voorlopig dan nog inopportuun lijken, ze zijn een noodzakelijke aanvulling met het oog op het realiseren van de Vlaamse doelstellingen inzake windenergie.” Martine Fournier zal minister Muyters vragen de onderzoekscijfers te verifiëren. Indien ze worden bevestigd, wil ze weten of de minister stimulansen overweegt.