De stiptheidscijfers van de NMBS dalen opnieuw. Wat het buikgevoel van menig pendelaar al aangaf, wordt nu ook bevestigd door cijfers. Daarom zijn er op 23 januari in de Kamer heel de dag hoorzittingen gepland. NMBS, Infrabel en de vakbonden presenteren er hun analyse. CD&V-Kamerlid Jef Van den Bergh neemt deze cijfers heel ernstig en vraagt kordate actie op korte termijn én een langetermijnvisie op investeringen. De stiptheidscijfers van 2018 bewijzen dat beide dringend nodig zijn. De trein moet een betrouwbaar alternatief zijn voor de auto als we het fileprobleem willen aanpakken.
Jef Van den Bergh: “We zien dat de stiptheid op elk uur van de dag daalt: zowel in de ochtend- en avondspits, als in het weekend en de daluren. De slechte stiptheid kan en mag niet zomaar afgeschoven worden op externe oorzaken.”
In totaal reden in 2018 slechts 87.2 % van de treinen op tijd, wat wil zeggen met een vertraging van minder dan 6 min. Van den Bergh: “Dat is nog eens een volle procent minder of een 40-tal treinen per dag die trager rijden dan in 2017. Dagelijks worden er 73 treinen per dag afgeschaft.”
De oorzaken van de vertragingen zijn verscheiden.
“Het aandeel in de vertragingen waar de NMBS zelf voor verantwoordelijk is, neemt toe van 29 naar 30,7 %, het aandeel van Infrabel blijft ook op een niveau dat te hoog is. De slechte stiptheid kan en mag niet zomaar afgeschoven worden op externe oorzaken,” analyseert Van den Bergh. Het aandeel van derden blijft gelijk op 41.5 %. Daarbij daalde het aantal persoonsongevallen en bommeldingen, maar zien we wel een heropflakkering van het aantal kabeldiefstallen.
“De robuustheid van het NMBS-vervoersplan met betrouwbare reistijden, is essentieel. Het is belangrijk dat reizigers en pendelaars kunnen afgaan op juiste informatie en hun traject juist kunnen inschatten.”, aldus de Antwerpse CD&V-politicus. Verder zijn er tientallen werven tegelijk bezig op het spoornet, werken die nodig zijn, maar waarvan de vraag soms gesteld wordt of die niet beter georganiseerd (lees ‘met minder hinder’) en ingecalculeerd kunnen worden.
De bevoegde minister Bellot heeft vorige week een nieuw actieplan gevraagd aan de spoorbedrijven. Maar ook daar knelt het schoentje volgens Van den Bergh. "Het is aan de minister om in een beheerscontract de afspraken inzake stiptheid en de mogelijke gevolgen van gebrekkige stiptheid vast te leggen. Het laatste beheerscontract liep af in 2012, intussen 7 jaar geleden. Sindsdien is er geen duidelijk kader meer waarbinnen de NMBS kan werken”, aldus de mobiliteitsexpert.
Van den Bergh roept op om werk te maken van een langetermijnvisie- en planning voor investeringen.
De cijfers van 2018 zijn slechter dan die van 2017 op élk moment van de dag en week:
- treinen rijden vaker met vertraging van < 6 min (tussen -0.4 % in weekend en -1.5 % in de ochtendpiek)
- treinen rijden minder vaak stipt op tijd (<1 min) (tussen + 0.3 % in weekend en -1.8 % in ochtendpiek)
- globale stiptheid (treinen met < 6 min vertraging): 87.2 % globaal (-1.1 %), ochtend 85.8 % (-1.5 %), avond 82.7 % (0.7 %), weekend 91.1 % (-0.4 %) en piekuren 87.4 % (-1.4 %)
- Verantwoordelijken vertragingen reizigersvervoer:
- derden blijft op 41.5 % (707.059 min)
- NMBS stijgt van 29 naar 30.7 % (523.327 min)
- Infrabel daalt miniem van 23.7 % naar 23.6 % (401.236 min)
- Minder vertraging door persoonsongevallen, bommeldingen en accidenten aan overwegen
- Vaker vertraging door internationale verbindingen, kabeldiefstallen, het weer
- Status quo: stakingen, tresspassing en interventies securail/politie
- Afgeschafte treinen: 36 % meer afgeschafte treinen van 19.557 naar 26.626 (+7.069)
Meer info: http://www.jefvandenbergh.be/