Betere samenwerking tussen pedagogische begeleidingsdiensten onderling, met scholen en de onderwijsinspectie, inzetten van experten en meer aanwezig zijn op de werkvloer. Het zijn een paar van de prioriteiten uit het rapport over de pedagogische begeleidingsdiensten dat in opdracht van de Vlaamse Regering werd opgesteld.
Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits wil op korte termijn afspraken maken met de begeleidingsdiensten over een evolutie naar pedagogische begeleiding 2.0. Na de hervorming van de inspectie is nu ook de hervorming van de begeleidingsdiensten aan de orde.
Deze diensten werden opgericht in 1988 toen Vlaanderen bevoegd werd voor onderwijs. Zij staan scholen en Centra voor Leerlingenbegeleiding bij om kwaliteitsvol onderwijs te garanderen en nascholingen te organiseren. Maar ook als een school een negatieve doorlichting heeft gekregen, kan zij voor advies terecht bij de pedagogische begeleidingsdiensten. Alles samen zorgen bijna 600 personeelsleden verspreid over 11 verschillende diensten voor de begeleiding van ruim 3.900 scholen en 72 Centra voor Leerlingenbegeleiding. De overheid en de scholen slaan daarvoor de handen in elkaar.
Om de 6 jaar worden de begeleidingsdiensten grondig geëvalueerd. In 2013 waren er een aantal kritische bedenkingen en verbeterpunten. Nu, in 2019 is er een opvolgingsevaluatie gemaakt. Scholen, Centra voor Leerlingenbegeleiding en ondersteunende diensten worden uitgedaagd door een aantal broodnodige hervormingen zoals de modernisering van het secundair onderwijs, de nieuwe eindtermen, de hervorming van de leerlingenbegeleiding, het M-decreet en de bijsturingen, het langverwachte DKO-decreet en het nieuwe referentiekader Onderwijskwaliteit waar ook de onderwijsinspectie mee werkt.
Betere samenwerking en aanwezig zijn in scholen
De commissie adviseert de pedagogische begeleidingsdiensten om prioritair aandacht te schenken aan:
- Het versterken van de aanwezigheid op de werkvloer.
- Het uitbouwen van sterkere samenwerking, tussen de diensten en met externen. De commissie vraagt bijzondere aandacht voor het deeltijds kunstonderwijs (DKO) en volwassenenonderwijs (VWO). In het VWO is de netoverschrijdende samenwerking al goed ontwikkeld, maar deze mag nog versterkt worden om beter aan de noden te kunnen voldoen.
- Het uitwerken van een concrete begeleidingsvisie die toelaat om duidelijke prioriteiten te stellen en de effectiviteit van de interventies zo goed mogelijk op te volgen. De overheid moet meer mogelijkheden creëren voor de diensten om duidelijke prioriteiten te stellen in hun opdrachten.
- Het versterken van de interne begeleidingscapaciteit van scholen en CLB’s.
- Het vastleggen van instapcompetenties van begeleiders om zo de minimumkwaliteit van de begeleiding te bewaken. Rekrutering en selectie moeten streng gebeuren. Even essentieel is de permanente professionalisering om te komen tot het doorgroeiniveau van een ervaren en bekwaam begeleider. Pedagogische begeleiding moet uitblinken in expertise.
- Het gezamenlijk ontwikkelen van definities en instrumenten om nog beter het bereik, de tijdsbesteding en de effectiviteit van de begeleiding vast te stellen.
Begeleidingsdiensten 2.0
Een goede pedagogische begeleiding is een grote meerwaarde voor scholen en CLB’s. Na de hervorming van de inspectie is nu ook de hervorming van de begeleidingsdiensten aan de orde.
Hilde Crevits: “Een goede pedagogische begeleiding is een grote hulp voor de vele scholen en CLB’s in ons Vlaams onderwijs. Ze vormen de schakel tussen de onderwijsinspectie en de scholen. Ik steun de aanbevelingen die de Commissie Monard naar voor schuift."
Na de vernieuwing van de inspectie moet hetzelfde gebeuren voor de pedagogische begeleidingsdiensten. Meer aanwezig zijn op de klasvloer is belangrijk om een goede ondersteuning te bieden en de werking van de scholen nog beter te leren kennen. De diensten moeten verder evolueren naar een eigentijdse begeleidingsdienst, waar scholen op kunnen rekenen. Hilde Crevits heeft e al een eerste gesprek over het rapport gevoerd en na de paasvakantie komt daar een vervolg op om inhoudelijke lijnen te trekken en deze te vertalen in een voorstel tot aanpassing van het kwaliteitsdecreet.