Oversubsidiëring zonnepanelen
08-11-2011
Groene stroom kost geld. We moeten zo snel mogelijk zo veel mogelijk investeringen in groene stroom bewerkstelligen, tegen een zo laag mogelijke prijs voor de belastingbetaler en de consument. Vorig jaar al bleek dat dit eenvoudige principe niet efficiënt gerealiseerd wordt met het groene stroombeleid zoals we het in Vlaanderen kennen. De oversubsidiëring, vooral ten aanzien van fotovoltaïsche zonnepanelen, zorgde voor een flinke stijging in de energiefactuur van gezinnen en bedrijven. Het Vlaams energiedecreet bepaalt immers dat de kost van de groenestroomcertificaten moet worden gesolidariseerd over heel Vlaanderen. Dit gebeurd door de kosten door te rekenen in de distributienettarieven, in de energiefactuur dus van elk Vlaams gezin of bedrijf.
Het Vlaams Parlement keurde op 27 april 2011 een nieuwe steunregeling voor hernieuwbare energie goed. Hierbij gaat de steun voor nieuwe zonnepanelen de komende jaren sneller omlaag. Zo is op dit moment de minimumsteun voor een nieuwe installatie met een piekvermogen tot 250kW begrensd op 270 euro per certrificaat. Vanaf 1 januari wordt dit 250 euro. Er is een traject vastgelegd zodat uiteindelijk vanaf 1 januari 2018 de minimale steun 90 euro wordt per groene stroomcertificaat. Dat is nu al zo voor installaties met een piekvermogen groter dan 250 kW
Naast de graduele vermindering van de steun werd, vanaf 2013, ook een verkorting van de maximale duurtijd van de steun verminderd; van 20 naar 15 jaar. In het nieuwe decreet meldde men bovendien dat deze inkorting van de duurtijd blijft gelden “tenzij de Vlaamse Regering eerder anders beslist op basis van een evaluatierapport dat meegedeeld wordt aan de Vlaamse Regering en het Vlaams Parlement”. We kunnen deze duurtijd dus aanpassen.CD&V stelt voor dat de Vlaamse Regering nu het artikel 6 van het op 27 april goedgekeurde decreet gebruikt.
Uit de doorlichting van het steunmechanisme is immers gebleken dat de steun voor zonnepannelen, zelfs met de in april goedgekeurde beperkte steun, nog steeds een grote oversubsidiëring inhoudt. De investering in een gemiddeld zonnepanelenproject is nu nog steeds na minder dan 7 jaar terugverdiend. Een gegarandeerde steun van 270 of 250 euro voor 20 jaar is onverantwoord.
Dat blijkt ook uit de cijfers van het VITO. VITO berekende immers het besparingspotentieel voor de energieconsumenten dat kan gerealiseerd worden. En dit door de steun voor zonnepanelen te beperken tot een realistisch niveau. Waar eerder werd gesteld dat een ingreep in het ondersteuningsmechanisme tot een besparing kon leiden van maar liefst 1,5 miljard euro tegen 2020, is dat nu nog slechts 275 miljoen euro. Het verschil, zowat 1,3 miljard euro is de waarde van de oversubsidiëring van de recent, in 2010 en 2011, geïnstalleerde zonnepanelen. Een gigantische verspilling van middelen. Eerder onderzocht ook de SERV de impact van het groenestroomcertificatensysteem. De inefficiënties van het systeem voor de periode 2002, de start van het systeem, tot en met 2009 werden berekend op in totaal 235 miljoen euro, of 24% van de totale waarde van de certificaten. Met de cijfers die vandaag bekend worden, blijkt dat de oversubsidiëring zich is blijven doorzetten sindsdien. Ondanks de genomen maatregelen.
CD&V roept minister Van den Bossche dan ook snel in te grijpen. Nog voor de fundamentele hervorming die ze eerder aankondigde, moet de minister de duurtijd van de gegarandeerde steun terugdringen. CD&V stelt voor dat deze vanaf 1 januari 2012 al beperkt wordt tot 15 jaar. Als we dit niet doen, zijn ook alle zonnepanelen die in 2012 geplaatst worden voor 20 jaar verzekerd van een veel te hoge steun en krijgen de energieconsumenten een onverantwoord hoge factuur.De totale steun voor het certificatensysteem bedroeg in 2010 al 450 miljoen euro en dit voor 5,25 % geproduceerde groene stroom. Dit kan oplopen tot een jaarlijkse kostprijs van 680 tot 850 miljoen euro per jaar om de doelstelling van 13% groene stroom in 2020 te halen. Dit zijn de bedragen die dus jaarlijks doorgerekend zullen worden in de energiefactuur van gezinnen en bedrijven. Alle redenen dus om onverantwoorde oversubsidiëring zoveel mogelijk uit te schakelen.