Overstromingsrisico site kerncentrale Doel
23-03-2016
Thema's: Energie, Duurzaamheid & Klimaat
Vlaams volksvertegenwoordiger Jos De Meyer vroeg aan Vlaams minister Ben Weyts bijzondere aandacht voor het overstromingsrisico van de site kerncentrale Doel. Deze bezorgdheid leeft niet alleen bij de bewoners in de regio, maar ook in Nederland.
Reeds in 2012 verscheen een studie die de veiligheidsaspecten onderzocht bij het onder water zetten van de Hedwigepolder. Die studie, een rapport van de Koch Adviesgroep, is nooit openbaar gemaakt, maar werd wel meegenomen in een procedure bij de Nederlandse Raad van State. Die hield in de procedure voornamelijk rekening met de milieu-effecten van de ontpoldering, maar stelde in de uitspraak (Uitspraak 201402491/1/R6 ) ook vast dat kerncentrales in Doel moeilijker bereikbaar zouden zijn bij een overstroming.
Minister Weyts antwoordde: “Reeds in de stresstest die Electrabel in 2011 liet uitvoeren voor de kerncentrale van Doel, werd rekening gehouden met de aanleg van het intergetijdengebied Hedwige-Prosperpolder. De nieuwe dijk rondom Hedwigepolder wordt meer landinwaarts geschoven en heeft een kleinere faalkans dan de bestaande dijken. Dat is zo omdat de nieuwe primaire waterkering die wordt aangelegd, robuuster is dan de huidige dijk.
Ook in opdracht van de Vlaamse Overheid werden in 2015 studies uitgevoerd naar de faalkans en het naar het gevolg van een dijkfalen ten gevolge van ingrepen in het gebied vlakbij de kerncentrale zelf (GGG Doelpolder en Saeftinghezone). Ook in deze studie werd bevestigd dat de kans op dijkfalen in de toekomstige situatie kleiner is dan nu.
In voornoemde studies werd ook gekeken naar de gevolgen van het wel zeer onwaarschijnlijke geval dat zich toch een dijkbreuk zou voordoen. Voor de cruciale, hoger gelegen delen van de kerncentrale zelf blijft de situatie als gevolg van het Hedwige-Prosperproject en het GGG Doelpolder ongewijzigd ten opzichte van de huidige situatie.
Er werd ook gekeken naar de effecten op de hoofdontsluitingsweg (Oostlangeweg). In de nieuwe situatie met de projecten Hedwige-Prosperpolder en GGG Doelpolder wordt het bresdebiet kleiner, maar dit wordt meer dan gecompenseerd door een afname van het gebied dat onder water kan komen. De waterhoogtes op de Oostlangeweg zijn dan ook globaal hoger in de toekomstige situatie dan in de huidige situatie. Dit heeft echter geen effect op het gebruik hiervan. De weg is immers ongeacht de waterhoogte onbruikbaar bij overstromingen.
De situatie blijft dus ongewijzigd door de projecten Hedwige-Prosper en Doelpolder, maar uit de studie volgen wel een aantal milderende maatregelen: Bij een dijkfalen op een aantal plaatsen kan de hoofdontsluitingsweg worden gevrijwaard van overstromingen door deze weg iets hoger aan te leggen. Dit is voorzien bij de aanleg van GGG Doelpolder. Bij een bres van de Scheldedijk ten zuiden van de kerncentrale wordt als alternatief een nieuwe noordelijke noodevacuatieweg aangelegd. Dit is een duidelijke verbetering ten opzichte van de huidige situatie. Bij een bres van de Scheldedijk ten noorden van kerncentrale is ook deze noodevacuatieweg niet toegankelijk, een situatie die ook momenteel aanwezig is. De aanleg van natuurgebieden verandert hier niets aan. Er dient een extra noodevacuatieweg te worden voorzien naar het zuiden. Er wordt ook opgemerkt dat het gaat om een tijdelijke situatie tot de inrichting van de OZ Saeftinghe. De stresstest van 2011 uitgevoerd door Electrabel geeft ook expliciet aan dat door dijkfalen de toegangswegen onbruikbaar kunnen worden en geeft hiervoor een noodplan.”
Vlaams volksvertegenwoordiger Jos De Meyer wijst erop dat als deze GGG’s gerealiseerd worden (na de nog steeds lopende procedures), ook ingeval van dijkbreuk- wat erg onwaarschijnlijk is - alle voorzorgsmaatregelen (hoofdontsluitingsweg hoger aanleggen, noordelijke en zuidelijke evacuatieweg) moeten uitgevoerd worden om zoveel mogelijk risico’s te vermijden. De geschiedenis heeft ons immers geleerd dat de natuur soms onvoorspelbaar is!