Bij de start van het nieuwe schoojaar herhalen Loes Vandromme, Katrien Schryvers, Jo Brouns en Brecht Warnez, onderwijsexperts van CD&V in het Vlaams parlement, de prioriteiten die CD&V wil leggen op het onderwijsbeleid het komende schooljaar.
1. Waardering voor de job van leerkrachten en directie
Als er de voorbije maanden iets duidelijk geworden, dan is dat wel hoe sterk onze leerkrachten en schoolteams zijn. Wat zij gepresteerd hebben de voorbije, erg moeilijke maanden, is onwaarschijnlijk. Leerkrachten en directeurs die alle uitdagingen van de voorbije maanden het hoofd boden en die erin blijven slagen om het allerbeste uit hun leerlingen te halen, die moeten we op prijs stellen. Er is immers nood aan sterke leerkrachten en sterke schoolleiders die de nodige ondersteuning verdienen.
Prioritair willen we de administratieve en beleidsondersteuning in het basisonderwijs versterken, zoals voorzien in het regeerakkoord en als deel van een toekomstplan voor het basisonderwijs.
2. Een plaats voor elk kind
De uitdaging om voor ieder kind een kwaliteitsvolle onderwijsplaats te garanderen, die maximaal beantwoordt aan de eigen keuze van de ouders en leerling, verdient nog steeds de grootste aandacht. Dit houdt in dat we blijven inzetten op toekomstgerichte schoolinfrastructuur en voldoende capaciteit.
En in een onderwijslandschap waar we keuzevrijheid blijven koesteren, betekent dat ook dat – zeker waar er nog schaarste bestaat – de beschikbare plaatsen op een billijke, eerlijke plaats worden toegewezen. Een nieuw inschrijvingsdecreet – dat vertrekt bij het uitgestelde decreet uit 2019 en het regeerakkoord – moet dringend worden afgewerkt.
Het uitgangspunt van het nieuwe begeleidingsdecreet moet en zal zijn dat elk kind, elke leerling zijn plaats heeft in een kwaliteitsvolle onderwijssetting die recht doet aan zijn mogelijkheden en talenten.
3. Van M-decreet naar begeleidingsdecreet
Het uitgangspunt van het nieuwe begeleidingsdecreet moet en zal zijn dat elk kind, elke leerling zijn plaats heeft in een kwaliteitsvolle onderwijssetting die recht doet aan zijn mogelijkheden en talenten.
Deze onderwijssettings maken als vanzelfsprekend deel uit van een inclusief onderwijs, waar leerlingen zo dicht mogelijk bij de eigen leefomgeving tot hun recht komen en op diverse vlakken leerwinst kunnen boeken.
Goed uitgewerkte brede basiszorg en verhoogde zorg in het gewoon onderwijs zijn nodige fundamenten. Een actualisatie en vereenvoudiging van de structuur, de organisatie en het aanbod van het buitengewoon onderwijs dringt zich op, waarbij de zorgzwaarte van elk kind aan belang wint als uitgangspunt, altijd sterk gericht op leerwinst. We zorgen ervoor dat de aanwezige expertise maximaal benut wordt. We brengen het gewoon en het buitengewoon onderwijs dichter bij elkaar, waar mogelijk ook door hun infrastructuur te delen en expertise uit te wisselen.
Leerkrachten krijgen in de initiële lerarenopleiding een goed basis om optimaal in te spelen op de diversiteit binnen een leerlingenpopulatie.
Tijdens hun loopbaan moeten leerkrachten kansen krijgen om zich steeds meer te vormen, zeker ook als het gaat om het begeleiden van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften.
4. Ouders als partners – bruggen slaan
We moeten op zoek naar een partnerschap in belang van het kind. De wederkerigheid in de relatie tussen ouders en school is van cruciaal belang. Onderzoek wijst uit dat als ouderbetrokkenheid hoog is, leerlingen veel meer vooruit gaan. Je bevordert op die manier welbevinden én leerwinst. Scholen zijn een belangrijk aanspreekpunt voor kwetsbare gezinnen. Maar de steeds groeiende complexiteit van vragen en noden van ouders maakt het niet eenvoudig. Daarom is het belangrijk dat we investeren in lokale netwerken rond scholen en de brug slaan tussen welzijn en onderwijs, door bijvoorbeeld de inzet van brugfiguren.
5. Duaal leren
Dat duaal leren een meerwaarde biedt voor zowel scholen als voor bedrijven, daarover bestaat weinig twijfel. Voor CD&V is het belangrijk om ook perspectief hierin te bieden voor leerlingen uit de Centra voor Leren en Werken.
De school, een plaats waar iedereen zich thuis voelt
Loes Vandromme: “School lopen start met een stoel voor elk kind, ongeacht waar zijn of haar wieg stond. Daarvoor moeten we moderne scholen bouwen, maar school maak je niet met stenen alleen. Het moet een inclusieve plek zijn , waar iedereen zich thuis voelt, waar we de leerwinst voor elk kind kunnen maximaliseren, waar elk kind zijn of haar talenten kan ontwikkelen. Scholen zijn belangrijke aanspreekpunten voor kwetsbare gezinnen. Laat ons investeren in lokale netwerken rond school, in het dicht bij de school samenbrengen van alle instanties die hulp kunnen bieden. Laat ons ook het hulpaanbod toegankelijker en bekender maken. We moeten bruggen slaan tussen welzijn en onderwijs via brugfiguren.”
Onderwijs dat ons voorbereidt op de wereld van morgen
Jo Brouns: “Onze scholen moeten kinderen voorbereiden op de wereld waarin we morgen zullen leven. Met aandacht voor digitale vaardigheden en voor techniek. Daarom is het belangrijk dat scholen zelf over digitale tools beschikken en mee zijn in het digitale verhaal. Door de coronacrisis kwam digitaal onderwijs in Vlaanderen in een stroomversnelling. Laten we van de nood een deugd maken en hier ook komend schooljaar verder op inzetten. Een laptop voor ieder kind is hierbij cruciaal.”
Een gezonde leefomgeving voor leerlingen
Katrien Schryvers: “Kinderen brengen een groot deel van hun tijd door op school. We zijn het aan hen verschuldigd om hen daar een gezonde leefomgeving te bieden. Recent is er ook heel wat aandacht voor de luchtkwaliteit in klaslokalen: is die wel gezond? Een goede luchtkwaliteit heeft een positieve invloed op het concentratievermogen en zorgt voor minder vermoeidheid. Volgens experten vermindert een goede ventilatie ook het risico op verspreiding van het coronavirus. Vanuit het parlement pleit ik voor meer sensibilisering en investeringen met betrekking tot een betere luchtkwaliteit in de klassen. Nu we de scholen openen in code geel is dit extra belangrijk, maar ook postcorona moet hier aandacht voor zijn.”
Vol vertrouwen in het onderwijspersoneel
Brecht Warnez: “We hebben het volste vertrouwen in leerlingen, leraars, studenten en docenten die het beste van zichzelf geven. Wij maken het kader, jullie maken het waar. Altijd bereid tot overleg om ons onderwijs nog kwaliteitsvoller te maken.”
