Onderwijs heeft recht op coherente visie
27-09-2010
Minister Pascal Smet lanceerde dit weekend een zoveelste ideetje over het onderwijs. CD&V juicht het feit dat wordt nagedacht over de manier waarop ons onderwijs meer slagkracht kan krijgen toe, maar betreurt de ‘politics by announcement’ die de werkwijze van de minister kenmerkt. “De mensen in het onderwijs hebben recht op meer dan een paar losse flodders. Eerst was er de voorzet over de hervorming van het hoger onderwijs via de media en nu dit. Het zou de minister geen kwaad doen, mocht hij eerst een coherente visie ontwikkelen en af en toe eens het werkveld betrekken vooraleer naar de media te stappen. Een minimum aan ernst kan geen kwaad,” stelt CD&V-onderwijsspecialist Kathleen Helsen. Voor CD&V moet Smet’s idee deel uitmaken van een ruimer debat omtrent de finaliteit van ons secundair onderwijs en de vraag hoe we onze jonge mensen kunnen opleiden tot meertalig wereldburger. De discussie over welke taal dan de tweede taal moet zijn, is niet de belangrijkste vraag.
De meertaligheid van onze bevolking is al sinds mensenheugenis één van onze troeven. Ook Europa streeft naar een ruimere meertaligheid bij haar inwoners. Door het verengen van het debat, lopen we het risico dat kinderen binnen enkele jaren het Frans niet meer zullen kennen, maar naast hun moedertaal louter het Engels beheersen. Kathleen Helsen: “Als signaal kan dit tellen. Het kan niet de bedoeling zijn dat we niet meer investeren in het aanleren van onze tweede landstaal.”
Helsen wijst ook op de lopende proeftuinen inzake immersie-onderwijs (CLIL-projecten). De evaluatie daarvan is nog niet afgerond, maar zal niet lang meer op zich laten wachten: “Ik snap niet waarom de minister het nu nodig vindt om hierop een voorafname te doen.”
Daarnaast stelt zich ook een praktisch probleem. Deze discussie kan niet worden gevoerd zonder te koppelen aan de inzetbaarheid van leerkrachten. De huidige leerkrachten in het basisonderwijs zijn niet opgeleid om Engels te geven. In het secundair zou een dergelijke beslissing aanleiding geven tot enorme verschuivingen in het urenpakket van leerkrachten. Dat is een operatie die niet van vandaag op morgen kan worden afgerond.
“Tot slot en wellicht het belangrijkste aandachtspunt,” stelt Kathleen Helsen, “moeten we voorkomen dat deze maatregel indruist tegen een gelijke kansenbeleid. Nu al blijkt dat het verwerven van één bijkomende taal niet evident is voor heel wat kinderen. Het pakket nog uitbreiden met een derde taal, kan de kansen van die kinderen om de eindtermen te halen aanzienlijk hypothekeren.”