Nog geen beslissing sluis Wijnegem
25-11-2010
Er is nog geen beslissing genomen over de eventuele bouw van een vierde sluis aan het Albertkanaal in Wijnegem. Hiervoor wacht de Vlaamse Regering de resultaten van het onderzoek af dat nv De Scheepvaart laat uitvoeren naar de noodzaak tot een capaciteitsuitbreiding van de sluizencomplexen op het Albert-kanaal. Dit vernam Vlaams volksvertegenwoordiger Dirk de Kort van minister Crevits als antwoord op zijn vraag naar meer duidelijkheid over een mogelijke bijkomende sluis in Wijnegem.
Begin 2010 gaf waterwegbeheerder nv De Scheepvaart de opdracht om de noodzaak tot een capaciteitsuitbreiding van de sluizen-complexen op het Albertkanaal te onderzoeken. De sluizen in Wijnegem maken daar deel van uit. Door de sterk gestegen trafiek op het Albertkanaal zijn ook de wachttijden voor de scheepvaart aan het sluizencomplex in Wijnegem aanzienlijk toegenomen. Deze vaststelling vormde de aanleiding voor het onderzoek.
Op basis van de resultaten zal de Vlaamse overheid een beleids-beslissing nemen, waarbij de bouw van een bijkomende (vierde) sluis één van de opties is. In afwachting daarvan opteert nv De Scheepvaart ervoor om binnen een bepaalde perimeter enkel eigendomsverwervingen van gronden en huizen te doen als de eigenaars daartoe zelf het initiatief nemen.
Momenteel laat nv De Scheepvaart ook een wachtkade aanleggen op de rechteroever van het Albertkanaal in Wijnegem (opwaarts de Houtlaanbrug). Na aanleg zal dit wachtbekken dienst doen voor het afmeren van binnenschepen die wachten om geladen of gelost te worden, of om versast te worden. Wat ook de beslissing mag zijn in verband met de uitbreiding van het sluizencomplex in Wijnegem, de wachtkade zal deze functie verder blijven vervullen.
“Hoewel het nog wachten is op een beslissing over een eventuele vierde sluis in Wijnegem, kennen we op deze manier toch de stand van zaken in dit dossier. Omwille van de grote impact voor de regio is het belangrijk om alle betrokkenen nu én in de nabije toekomst duidelijk en correct te blijven informeren”, besluit Dirk de Kort.