Luxeverzuim: plots hoogdringende oplossing voor een probleem dat al tien jaar aansleept
20-09-2013
Ook ouders met schoolgaande kinderen proberen net voor de schoolvakanties soms de grote uittocht voor te zijn. De leerlingen zijn dan onwettig afwezig. Om dat “luxeverzuim” tegen te gaan, heeft de minister in een late omzendbrief nieuwe regels opgelegd aan de scholen. Daardoor moeten de scholen hun planning voor het zonet begonnen schooljaar opnieuw overleggen met personeel, ouders en vertegenwoordigers van de leerlingen. Dat de minister iets probeert te doen aan het luxeverzuim, is een nobele doelstelling, stelde Vlaams parlementslid Jos De Meyer in de vergadering van de commissie Onderwijs, maar de timing van zijn omzendbrief toont geen respect voor de scholen die inspraak serieus nemen. De planning en de kalender voor het nieuwe schooljaar, die in principe eind juni afgesproken moeten zijn, moeten door de nieuwe regels veranderd worden, en al die wijzigingen moeten uiterlijk tegen 20 september opnieuw besproken worden door de schoolraden. Ouders en leerlingen hebben hun handtekening gezet onder schoolreglementen waarin een planning staat die de school ondertussen moet herroepen.
Uiteraard is deze manier van werken niet in overeenstemming met mijn indertijd unaniem goedgekeurde resolutie over de correcte start van het schooljaar, stelt De Meyer. Bovendien is het niet zeker dat alle nieuwe regels voor de scholen uitvoerbaar zijn op de manier die de minister voorstelt. De scholen moeten de leerlingen op school houden met zinvolle activiteiten, maar tegelijk moeten de deliberaties gebeuren waarop alle leraars van een bepaalde klasgroep verplicht aanwezig moeten zijn.
De overheid wenst dat de scholen voldoen aan de timing die zij oplegt, het is niet correct dat ze dan de scholen nadien verplicht om hun afspraken met ouders, leerlingen en personeel in de prullenmand te gooien. Het probleem van het luxeverzuim is al meer dan tien jaar bekend. Dan moet men niet zeggen dat “hoogdringendheid” een verontschuldiging is. Of de maatregelen een oplossing bieden, is bovendien niet zeker, vindt De Meyer. Het heeft meer te maken met normvervaging bij de ouders dan met afwegen wat voor leerlingen het best is.