CD&V-Kamerlid Stefaan Vercamer pleit voor de integrale uitvoering van het loonakkoord. “Op het ABVV na vragen zowel werkgeversorganisaties als werknemersorganisaties de volledige uitvoering van het akkoord.”, steekt Vercamer van wal. “Laat de bevoegde minister van Werk Kris Peeters de loonnorm vastleggen bij KB. De andere belangrijke elementen uit het akkoord rond de landingsbanen en SWT moeten eveneens uitgevoerd worden door de sociale partners via cao’s die binnen de Nationale Arbeidsraad genomen worden”, aldus de arbeidsmarktspecialist van CD&V.
Vercamer is niet akkoord met zijn collega’s van N-VA en Open VLD die de afwijzing van het IPA door één van de sociale partners als een positieve zaak bestempelden en daarmee belangrijke elementen uit het akkoord – zoals de besteding van de welvaartsenveloppe – op de helling zetten.
N-VA heeft selectieve heimwee naar Michel I, vooral wanneer het goed uitkomt
N-VA bestempelt het IPA als een “asociaal akkoord”, zo lezen we letterlijk in een persbericht. Ze verwijzen uitdrukkelijk naar de besteding van de welvaartsenveloppe. Vercamer weerlegt deze kritiek: “Wat betreft de verhoging (+3,5 %) van de uitkeringen voor de werklozen die gezinshoofd zijn, is het zo dat de huidige uitkeringen voor deze gezinshoofden nog steeds 20 % onder de Europese armoedegrens zitten. Met deze verhoging zet men toch stappen vooruit om deze mensen uit de armoede te houden. Een partij die een voormalig staatssecretaris van Armoede in de rangen heeft, zou dit net moeten toejuichen.”. Het CD&V-parlementslid is ook verbaasd over de houding ten opzichte van mensen met een onvolledige loopbaan die een pensioen krijgen. “Het overgrote deel van deze groep zijn vrouwen met een klein pensioentje net omwille van een onvolledige loopbaan. Zij hebben dit historisch zo opgebouwd.”, aldus Vercamer. Het Kamerlid vervolgt: “Dat zijn dus de laagste pensioenen die er door het IPA op vooruit gaan en net dat was de prioriteit van Michel I: de laagste pensioenen wat meer optrekken.”
Vercamer kijkt echter vooruit en hoopt dat zowel de politiek als de sociale partners kunnen uitvoeren waarvoor ze bevoegd zijn. “Deze situatie is niet uniek. Ook in 2015 verwierpen de socialistische vakbonden een akkoord. Met respect voor de sociale dialoog zijn we toch tot oplossingen gekomen. Wij hopen dat iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt.”.