Huurmarkt versterk je niet door huurder te treffen
03-03-2015
Voor CD&V is de indexsprong voor de huurprijzen een kwestie van rechtvaardigheid. Wanneer inkomsten uit loon een indexsprong ondergaan, is het logisch dat dit ook geldt voor inkomsten uit huur. Als het om het stimuleren van de private huurmarkt gaat ziet de partij meer brood in de OESO-aanbeveling. Die stelt dat de 6de staatshervorming heel wat kansen biedt om het woonbeleid in Vlaanderen grondig te hervormen en instrumenten te ontwikkelen die de private huurmarkt versterken. “Laat ons die kansen grijpen in plaats van huurders en verhuurders tegen elkaar uit te spelen,” stellen CD&V-fractievoorzitter Koen Van den Heuvel en CD&V-woonexperte Katrien Partyka.
De Vlaamse minister van wonen zette de discussie op scherp door onverkort te pleiten voor het handhaven van de index voor huurprijzen en te dreigen met het openbreken van het Vlaams regeerakkoord als daaraan werd getornd. Ze stelde dat niet het federale niveau, maar Vlaanderen bevoegd is om te bepalen of de federaal goedgekeurde indexsprong ook op de huurprijzen van toepassing is.
“We wachten natuurlijk het ingewonnen advies af, maar loon- en huurinkomsten worden al decennialang op dezelfde manier behandeld; ook bij de indexsprongen in de jaren ’80. Huurprijzen zijn trouwens gekoppeld aan de gezondheidsindex. Wonen is weliswaar een Vlaamse bevoegdheid, maar ons inziens maakt het aspect van de huurprijzen deel uit van het federale inkomensbeleid. Het zou zeer merkwaardig en onrechtvaardig zijn als dat nu doorbroken wordt,” aldus Koen Van den Heuvel.
Ook het argument als zou de indexsprong voor de huurprijzen niet in het regeerakkoord staan wordt door de voorzitter van de Vlaamse CD&V-fractie onderuit gehaald: “Ook de indexsprong voor de lonen van de Vlaamse ambtenaren staat niet in het Vlaamse regeerakkoord, maar wordt door N-VA fel bepleit. Dergelijk opbod brengt een vergelijk niet dichterbij. Integendeel. Het creëert het risico dat alle regeringswerk erdoor wordt besmet.”
CD&V verwijst naar de OESO-aanbevelingen over onze woonmarkt en de recente woonstudie om de impasse te doorbreken. Volgens de OESO biedt de 6de staatshervorming immers een unieke opportuniteit om het beleid bij te sturen.
“Een indexsprong zal huiseigenaars er niet van weerhouden hun woning op de huurmarkt te brengen,” meent CD&V-woonexperte Katrien Partyka, “het is vooral de socio-economisch zwakke positie van de huurders die hen tegen houden. Zolang verhuurders niet zeker zijn dat ze elke maand hun centen krijgen, zal de terughoudendheid blijven.”
CD&V pleit dan ook voor een versnelde uitbouw van de nieuwe Vlaamse woonbevoegdheden om enerzijds de huurder te versterken, en anderzijds de verhuurder te stimuleren zijn huurwoning kwalitatief op te waarderen en op de markt te brengen.
Katrien Partyka: “De realiteit is dat we op dit moment amper 5% van het Vlaamse woonbudget investeren in de private huurmarkt via huursubsidies en renovatiepremies. We moeten uitzoeken of de bestaande instrumenten om zowel huurders als verhuurders te ondersteunen niet moeten bijgestuurd of uitgebreid worden. Pas dan kunnen we een beleid ontwikkelen dat tot een verruiming van de private huurmarkt leidt. Het al dan niet doorvoeren van een indexsprong zal dan het verschil niet maken.”
Koen Van den Heuvel sluit af met een oproep: “Het gaat niet op om in dit dossier de huurder en verhuurder tegen elkaar uit te spelen, terwijl het een en/en-verhaal is. Ook de polarisatie rond het al dan niet openbreken van het regeerakkoord brengt ons geen stap dichter bij een oplossing waarvan zowel de huurder als de verhuurder beter worden. Die dreigende taal aan het adres van de coalitiepartners moet achterwege blijven. Vlaanderen heeft alle instrumenten in handen om een performant woonbeleid uit te bouwen.”