Hendrik Bogaert wil ziekteverzuim efficiënt ondervangen
29-03-2013
De Ministerraad gaf vanmorgen zijn goedkeuring aan enkele voorstellen van Hendrik Bogaert om het beleid rond ziekteverzuim verder te verfijnen. De maatregelen moeten zieke overheidsmedewerkers nog beter beschermen en ervoor zorgen dat alle inzetbare overheidsmedewerkers ook echt aan het werk zijn.
Overheidsmedewerkers die ziek zijn, moeten dat melden aan hun leidinggevende. Die brengt op zijn beurt Medex op de hoogte. Medex doet dan een beroep op controleartsen om controles op ziekteverzuim uit te voeren.
In 2011 was het ziekteverzuim bij de federale overheid voor het eerst sinds jaren niet gestegen (6,83% in 2010, 6,84% in 2011,). Door het aantal controles op te drijven, werd er in dat jaar een derde meer ziektedagen teruggewonnen dan het jaar voordien.
De staatssecretaris werkt daarom verder op de efficiëntie van de controles en wil er ook consequente gevolgen aan koppelen. Hij nam daartoe enkele concrete maatregelen.
Geen cumul tijdens ziekte
Overheidsmedewerkers mogen naast hun functie bij de overheid nog een andere job uitoefenen. Zo zijn er medewerkers die les geven in een vakdomein waarin ze vanuit hun job bij de overheid expertise hebben opgebouwd. Daarvoor moeten ze wel de toestemming krijgen van hun werkgever.
Die toestemming vervalt voortaan wanneer de overheidsmedewerker zich ziek meldt bij de overheidsdienst waar hij werkt. Hij mag op dat moment ook zijn andere job niet meer uitoefenen. Tot nu toe kon dat wel. Wanneer de medewerker terugkomt uit ziekteverlof bij de overheid, kan hij ook zijn andere job opnieuw opnemen.
Verbreden van controles
Tot nu toe kon Medex alleen controleartsen uitsturen in geval van ziekte en privé-ongevallen. Dat kon niet bij arbeidsongevallen, ongevallen op weg van of naar het werk en beroepsziekten. Daardoor kon bij de werkgever twijfel ontstaan over de al dan niet wettige afwezigheid van zijn medewerker.
Door controleartsen ook die gevallen te laten nagaan, kan elke discussie daarover uitgeklaard worden. De arts zal in die gevallen nagaan of de medewerker al opnieuw aan de slag kan of niet.
Non-activiteit
Overheidsmedewerkers die al hun ziektedagen hebben opgebruikt, maar nog steeds niet kunnen komen werken, worden in ‘disponibiliteit’ geplaatst. Als er geen vooruitzicht is op verbetering in hun situatie, kan hun werkgever vragen dat ze voor de Pensioencommissie verschijnen. Die kan dan beslissen om hen op (vervroegd) pensioen te laten vertrekken.
Wie weigert voor de Pensioencommissie te verschijnen, wordt voortaan op non-activiteit gezet. Er kan dan immers niet geoordeeld worden of die overheidsmedewerker al dan niet terecht afwezig blijft. Wie op non-activiteit wordt geplaatst, ontvangt geen wedde of wachtgeld meer.
Hendrik Bogaert: “De overheid heeft als werkgever het recht om na te gaan of iemand werkelijk ziek is. Als dat zo is, moet die medewerker thuis kunnen blijven. De controle bewijst dan dat het ziekteverzuim gerechtvaardigd is. Maar misbruiken van het systeem moeten worden tegengegaan. Om te komen tot een efficiënte overheid die de best mogelijke dienstverlening levert, moeten we kunnen rekenen op al onze medewerkers. Wie zich onterecht ziek meldt, laat zijn collega’s in de steek en voert voor hen de werkdruk onnodig op.”