Els Van Hoof drukt haar stempel op Justitie
23-04-2014
Deze week keurt de plenaire vergadering van de Kamer maar liefst drie CD&V-wetsvoorstellen goed waarin Els Van Hoof haar stempel heeft kunnen drukken: het strafbaar maken van het aanzetten tot genitale verminking, de verbetering van het statuut van de gerechtspsychiater, en het voorstel over de meemoeders dat ze samen heeft ingediend met Sonja Becq. Van Hoof zal bij de ontbinding van de wetgevende Kamers iets meer dan een jaar in de Senaat gezeten hebben.
Aanzetten tot genitale verminking wordt strafbaar
Momenteel kunnen personen die genitale verminking bij vrouwen uitvoeren, vergemakkelijken of bevorderen worden vervolgd op basis van artikel 409 van het Strafwetboek. Het wetsvoorstel van Els Van Hoof wil ook personen die daartoe aanzetten of voor pleiten strafbaar stellen. De druk vanuit de (geloofs-)gemeenschap is immers de belangrijkste reden om over te gaan tot genitale verminking. De straf voor het aanzetten tot genitale verminking zal acht dagen tot een jaar gevangenis bedragen.
Het statuut van de gerechtspsychiater
Vandaag de dag is het statuut van de gerechtspsychiater allesbehalve aantrekkelijk: het tekort aan opleidingsmogelijkheden, de lage vergoedingen, en de moeilijke werkomstandigheden hebben een nefaste invloed op het functioneren van Justitie. Els Van Hoof koppelde haar wetsvoorstel (5-2425) om het statuut van de gerechtspsychiater te verbeteren aan het interneringsvoorstel van Bert Anciaux, dat zo mee werd goedgekeurd. Het verslag van de gerechtspsychiater speelt immers een cruciale rol bij het beoordelen van de toerekeningsvatbaarheid van de verdachte door de rechtbank.
Concreet leidt het voorstel tot het optrekken van de vergoedingen voor de gerechtspsychiaters en het versnellen van de voorwaarden en de procedure voor erkenning van de deskundigen. Daarnaast zal de gerechtspsychiater na de inwerkingtreding ervan, die voorzien wordt op 1 januari 2016, na elk onderzoek een omstandig verslag moeten maken volgens een eenvormig model, dat wordt opgelegd door de minister van Justitie.
De meemoeders
Els Van Hoof diende in de commissie Justitie het wetsvoorstel in van Kamerlid Sonja Becq, aangezien het debat eerst in de Senaat werd aangevat. Zo zullen meemoeders in de toekomst hun eigen kinderen niet meer moeten adopteren.
Indien het lesbisch koppel gehuwd is, wordt de echtgenote van de moeder van het kind automatisch meemoeder. Wanneer het koppel niet gehuwd is, kan de meemoeder het kind erkennen. Vandaag de dag moeten meemoeders de volledige langdurige adoptieprocedure doorlopen via een verzoek bij de jeugdrechtbank om het kind van hun partner te adopteren, maar dat zal dus niet meer nodig zijn.