Eerste Brusselse fietsstraat positief geëvalueerd
28-03-2014
Het proefproject met de eerste Brusselse fietsstraat, een parallelweg langs de Louizalaan, werd positief geëvalueerd. De parallelweg zal dan ook zijn statuut van fietsstraat behouden. Daarnaast krijgt ook een andere parallelweg langs de Kunstlaan in de komende weken het statuut van fietsstraat. Dat melden Brigitte Grouwels, Brussels minister van Vervoer, en Bruno De Lille, Brussels staatssecretaris bevoegd voor Mobiliteit.
Een fietsstraat is een straat waarin de fietsers de hele breedte van de weg mogen gebruiken. Auto’s blijven er toegelaten (ook om te parkeren), maar die mogen niet meer dan 30 km/uur rijden. Ze mogen fietsers evenmin inhalen. Je zou een fietsstraat dus het best kunnen omschrijven als een breed fietspad waarop auto’s gedoogd worden. Het concept van de fietsstraat is sinds februari 2012, na een wetswijziging in het federaal parlement, officieel opgenomen in de Belgische Wegcode.
In het voorjaar van 2013 beslisten de Brusselse ministers Brigitte Grouwels en Bruno De Lille daarop om in Brussel een proefproject rond fietsstraten te lanceren in samenwerking met de administratie Brussel Mobiliteit en het Belgisch Instituut voor Verkeersveiligheid (BIVV). De testfase bevond zich op de parallelweg langs de Louizalaan richting Kleine Ring, van de Dalstraat tot aan het Stefaniaplein. De keuze voor de Louizalaan lag voor de hand : dit stuk gewestweg langs de Kleine Ring stak bij de laatste fietstellingen de Wetstraat voorbij. Zo konden meteen vele fietsers kennismaken met het concept fietsstraat.
Bevindingen
Om het effect van deze fietsstraat na te gaan vonden diverse observaties plaats, zowel voor als tijdens het proefproject (in het najaar 2013).
Het BIVV en Brussel Mobiliteit kwamen tot de volgende conclusies:
Deze parallelweg dient dagelijks heel wat gemotoriseerd verkeer te verwerken. Toch kwamen tijdens de observaties geen zware conflicten aan het licht tussen fietsers en het gemotoriseerde autoverkeer.
Het aandeel van de fiets op dit deel van de Louizalaan bleef tijdens het proefproject stabiel op zo'n 10 procent van de weggebruikers. De overige weggebruikers (90 procent) betreffen gemotoriseerd verkeer (auto's, motorfietsen en vrachtwagens).
De studie herbevestigt het vermoeden dat de parallelweg langs de Louizalaan een atypische 'fietsstraat' is. Eigen aan een fietsstraat is immers dat de fietser de hoofdgebruiker ervan is. Maar omwille van de specifieke functie van deze weg langs de Louizalaan, is er geen dominantie van fietsers. Toch blijft deze parallelweg, ook na het proefproject, zijn statuut van fietsstraat behouden. Door op deze parallelweg een fietsstraat in te voeren, kunnen potentiële fietsers worden aangetrokken. Ook geeft een fietsstraat bijkomende juridische bescherming aan fietsers.
Om deze parallelweg nog beter als fietsstraat uit te verf te laten komen, raadt de studie aan om extra flankerende maatregelen te nemen. De studie suggereert een aantal maatregelen, zoals het plaatsen van snelheidsremmers of een herschikking van de verkeerscirculatie. De ministers zullen deze suggesties alvast verder onderzoeken in samenspraak met hun administratie Brussel Mobiliteit. Op kortere termijn wordt de markering wel al vernieuwd, verdicht en in slijtvast materiaal aangebracht.
Uitbreiding
De ministers Grouwels en De Lille reageren positief op de evaluatie : "Hoewel deze parallelweg een atypische weg is, raadt de studie toch aan om op deze zijstraat van de Louizalaan het statuut van fietsstraat te behouden. We zullen deze aanbeveling zeker ter harte nemen. Het past immers in ons gewestelijke beleid om de Kleine Ring nog meer 'befietsbaar' te maken én om infrastructurele belemmeringen voor fietsers maximaal weg te werken."
In het kader van deze ‘befietsbaarheid’ van de Kleine Ring zal binnenkort ook de parallelweg langs de Kunstlaan, tussen Troonstraat en Wetstraat, het statuut van fietsstraat krijgen.
Beide ministers ook de Brusselse gemeenten op om ook op gemeentewegen concept van fietsstraten te onderzoeken. "Heel wat gemeentewegen zijn geschikt voor het statuut van fietsstraat. Gemeentewegen zijn immers meestal lokale wegen : het verkeer is er minder druk en minder snel. We roepen de Brusselse gemeenten dan ook op om – telkens geval per geval – te onderzoeken of een bepaalde gemeenteweg het statuut van fietsstraat kan krijgen”,aldus Grouwels en De Lille. "Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kan de gemeenten zowel technisch als financieel ondersteunen in het kader van de gewestelijke ondersteuning aan de gemeentelijke acties rond mobiliteit. Ze kunnen tot 10.000 euro steun krijgen voor de aanleg van fietsstraten op gemeentelijke wegen. Een aantal gemeenten heeft hiervoor al interesse getoond”, voegen ze er aan toe.