• Actua
  • Visie
      • Onderwijs
      • Gezondheidszorg
      • Leefmilieu, klimaat & duurzaamheid
      • Economie, werk & ondernemen
      • Cultuur
      • Fiscaliteit & begroting
      • Asiel, Migratie & Integratie
      • Justitie
      • Mobiliteit
      • Ethiek & zingeving
      • Gelijke kansen & diversiteit
      • Veiligheid
      • Landbouw, visserij & platteland
      • Staatshervorming & democratie
      • Buitenlands beleid
      • Onze andere standpunten
    • Alle thema's
      • Lokaal
      • Provinciaal
      • Vlaanderen
      • Brussel
      • Federaal
      • Europa
    • Vragen en antwoorden
      • Vraag en antwoord
      • Cijfer
      • Opinie
      • Standpunt
  • Wie zijn we
    • Ons verhaalGeschiedenisCD&V als bewegingLokale afdelingen
      CD&V als politieke partijMinisters en staatssecretarissenSenaatBrussels ParlementEuropees ParlementVlaams ParlementDe Kamer
      GeledingenJONGCD&VVrouw & MaatschappijCD&V SeniorenWetstraat 89Onze medewerkersVereniging van CD&V-raadsledenNetwerken
      Doe meeVacaturesLid wordenStages
  • Contact
  • Word lid
Lees voor

De capaciteitsproblematiek in het onderwijs

04-02-2013

In de plenaire zitting van 30 januari 2013 nam Vlaams Volksvertegenwoordiger Jos De Meyer het woord inzake de capaciteitsproblemen in het onderwijs.
 
Enkele van Jos De Meyer’s vaststellingen op een rijtje:
Uit de beschikbare prognoses blijkt dat we over heel Vlaanderen geconfronteerd zullen worden met een te kleine onderwijscapaciteit in verhouding tot het aantal kandidaat-leerlingen voor het basisonderwijs, maar de problematiek stelt zich wel scherper in de stedelijke centra.
De evolutie van de capaciteitsmiddelen over de laatste jaren vertoont duidelijk een stijgende trend: 2010  12.000.000 EUR - 2011  26.200.000 EUR - 2012  31.100.000 EUR
Het is duidelijk dat het gebrek aan zekerheid over de te besteden middelen een ernstige rem was op een duurzame en breed gedragen oplossing voor de capaciteitsproblematiek. Tot 2012 was de aanpak fragmentarisch. Het algemene aanvoelen is dat de grenzen van dit systeem bereikt zijn.
Om duurzame oplossingen te vinden in het verhaal van de scholenbouw is het essentieel dat men vermijdt oplossingen te kiezen met een substantieel kortere levensduur of met een te grote overheadkost.
Als we de toestand niet onder controle houden, dan dreigt een scholenbouw op twee snelheden te ontstaan met goed bediende scholen in capaciteitsregio’s en verpauperde scholen met verouderde gebouwen op het platteland. Dat kan niet de bedoeling zijn. Een verhoging van het budget voor onderwijsinfrastructuur is dan ook onafwendbaar.
Het vrije onderwijs telt 10,2 miljoen vierkante meter onderwijsoppervlakte. Voor Design, Build, Finance and Maintain (DBFM) is in middelen voorzien. Trek dat daarvan af, en je komt op 9,75 miljoen vierkante meter. Veronderstel dat ze de financiële norm gebruiken die ze mogen gebruiken en die is vastgesteld bij de dossiers, maar ze gebruiken die norm slechts voor 90 procent. Bereken dan de vervangwaarde. Dat is, collega’s, 18,7 miljard euro indien je dit zou omzetten in nieuwbouw. Als je ervan uitgaat dat dit het bedrag is, en je stelt dat een goed huisvader jaarlijks in 2,5 procent voor eigenaarsonderhoud of vervangingsbehoeften voorziet, en je weet dat het voor 60 of 70 procent wordt gesubsidieerd – ik neem hier een gemiddelde van 65 procent –, als je deze oefening met deze parameters maakt, kom je tot een jaarlijkse subsidiebehoefte van 300 miljoen euro.
De volledige tekst van de tussenkomst kan u hieronder nalezen :
 
Tussenkomst van Vlaams Volksvertegenwoordiger Jos De Meyer in het actualiteitsdebat over de capaciteitsproblemen in de plenaire zitting van 30 januari 2013.
 
Collega’s,
 
Reeds jaren vraag ik meer aandacht voor het probleem van de schoolinfrastructuur.
Uit de prognose van het Federaal Planbureau van de demografische evolutie in Vlaanderen blijkt dat het aantal kinderen op de leeftijd van kleuters en leerlingen lager onderwijs met gemiddeld 16% stijgt over de periode van 2005 tot 2020.
Daarbij stellen we in een aantal stadskernen bovenop die gemiddelde demografische evolutie een herbevolking vast van de stedelijke kernen.  
De capaciteitsproblematiek was in 2010 al (min of meer) acuut in vijf steden: Antwerpen, Gent, Halle, Vilvoorde en Brussel.
In 2011 werden 29 gemeenten bevraagd, dit wil zeggen de vijf steden die eerder al aan bod kwamen en 24 “nieuwe” kandidaten.-
In 2011 werden capaciteitsmiddelen toegewezen aan Brussel, Gent en Antwerpen.
In 2012 werden door de Vlaamse Gemeenschap middelen vrijgemaakt voor capaciteitsinvesteringen in Brussel, Antwerpen, Gent, Mechelen, Leuven, Roeselare en Sint-Niklaas.
Sinds 2012 wordt onderkend dat de problematiek zich niet beperkt tot die 29 gemeenten. Uit de beschikbare prognoses blijkt dat we over heel Vlaanderen
geconfronteerd zullen worden met een te kleine onderwijscapaciteit in verhouding tot het aantal kandidaat-leerlingen voor het basisonderwijs, maar de problematiek stelt zich wel scherper in de stedelijke centra.
Op het lokale niveau werden de betrokken gemeenten aangespoord om een Lokale Tasforce (LTF) op te richten.
Naast de lokale werd ook een Centrale Taskforce (CTF) opgestart in opvolging van de maatregelen met betrekking tot de capaciteitsproblematiek.
De CTF zal vanaf 2013 ook effectief moeten beslissen over de goed te keuren
investeringsdossiers. De voorgaande jaren was dit probleem niet aan de orde omdat er geen sprake was van een overbevraging van het systeem. Nu wel.
De periode van 2010 tot 2012 werd gekenmerkt door een opeenvolging van ad hocoplossingen per jaar. Lokale Taskforces dienden lijsten met investeringsdossiers in om tegemoet te komen aan de capaciteitsproblematiek in hun gemeenten. De minister van Onderwijs zocht en vond via de begrotingscontrole elk jaar extra geld ten belope van de gevraagde te subsidiëren/te financieren bedragen.
De evolutie van de capaciteitsmiddelen over de laatste jaren vertoont duidelijk een
stijgende trend:
2010  12.000.000 EUR
2011  26.200.000 EUR
2012  31.100.000 EUR
Het is duidelijk dat het gebrek aan zekerheid over de te besteden middelen een ernstige rem was op een duurzame en breed gedragen oplossing voor de
capaciteitsproblematiek. Tot 2012 was de aanpak fragmentarisch.
Het algemene aanvoelen is dat de grenzen van dit systeem bereikt zijn.
Het is bijzonder nuttig om te monitoren wat er met de capaciteitsmiddelen van de voorgaande jaren specifiek gebeurd is, alsook om de evolutie van de capaciteit per instelling en per vestigingsplaats in de capaciteitsregio’s in kaart te brengen.
Momenteel wordt getracht, in moeilijke budgettaire omstandigheden, om binnen de
Vlaamse Regering meer geld vrij te maken.
Het hele capaciteitsverhaal moet bekeken worden tegen de achtergrond van de enorme achterstand die de Vlaamse Regering opgelopen heeft in de goedkeuring van subsidieaanvragen voor investeringen in schoolinfrastructuur 
Om duurzame oplossingen te vinden in het verhaal van de scholenbouw is het essentieel dat men vermijdt oplossingen te kiezen met een substantieel kortere levensduur of met een te grote overheadkost.
In een schaarsteperiode moeten middelen zo efficiënt mogelijk ingezet worden in het
licht van een duurzame langetermijnvisie.
De werkingstoelagen in het vrij gesubsidieerd onderwijs zijn amper toereikend om een investering betaald te krijgen die aan 60% of 70% door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerd wordt.
De zwakke financiële basis van het vrij gesubsidieerd onderwijs is een algemeen gegeven en een handicap in de capaciteitsuitdaging.
Capaciteit zal geen louter (groot)stedelijk probleem blijven. Er worden ook
capaciteitsproblemen in andere gemeenten gesignaleerd: Sint-Katelijne-Waver, Wervik, Herent, Oudegem, Tielrode en andere.
Als we de toestand niet onder controle houden, dan dreigt een scholenbouw op twee snelheden te ontstaan met goed bediende scholen in capaciteitsregio’s en verpauperde scholen met verouderde gebouwen op het platteland. Dat kan niet de bedoeling zijn.
Een verhoging van het budget voor onderwijsinfrastructuur is dan ook onafwendbaar.
Waar - in het kader van de brede school of met andere sectoren van de samenleving - synergiën mogelijk zijn, moeten deze zeker onderzocht worden om kosten te besparen of om de middelen efficiënter in zetten. Huur of andere creatieve formules die mede afhankelijk zijn van de specificiteit van de scholen mogen zeker niet uitgesloten worden.
De leerlingen die nu in het basisonderwijs vragen om bijkomende plaatsen en daar ook  correct versneld bediend worden, zullen binnen enkele jaren het basisonderwijs verlaten en doorstromen naar het secundair onderwijs. Hoe organiseren we ons om te vermijden dat zich daar eenzelfde probleem stelt als nu in het basisonderwijs?
Voor complexe problemen bestaan er geen eenvoudige oplossingen.
De Vlaamse Regering moet dringend een visie hebben hoe ze de problematiek van de schoolinfrastructuur en capaciteitsproblemen op korte en lange termijn wil aanpakken en met welke financiële middelen.
 
 
En verder mijn repliek op het antwoord van de minister:
 
Ik vraag u om bijzonder omzichtig om te gaan met het vervangen van de reguliere wachtlijst, die mij bijzonder bekommert en veel collega’s gelukkig ook, door een andere manier van werken op basis van andere criteria. Ik vraag u om daarover heel veel overleg te plegen met de sector en in de commissie Onderwijs.
Het is toch normaal dat schoolbesturen die vandaag een gebouwencomplex hebben van meer dan veertig of vijftig jaar oud en die vooruitziend zijn nu, denkend aan de toekomst, een dossier voor vernieuwbouw indienen? Minister van Begroting, ik ben blij dat u instemmend knikt.
Minister van Begroting, minister van Onderwijs en minister-president, ik heb een oefening gemaakt. Ik zeg niet dat die volledig juist is. Je kunt discussiëren over mijn parameters, maar ik heb ze samen met enkele deskundigen gemaakt. Ik wil die oefening niet verabsoluteren. Ik heb ze gemaakt om een idee te hebben van de reële behoeften die er mogelijk zijn. Ik heb er onmiddellijk aan toegevoegd dat mijn parameters aanpasbaar zijn. Ik wil vermijden dat de oppositie straks of volgende week of volgende maand zegt: “De Meyer heeft dat gezegd.”
Mijn oefening gaat over de subsidiebehoeften van het vrij onderwijs. Het vrije onderwijs telt 10,2 miljoen vierkante meter onderwijsoppervlakte. Voor Design, Build, Finance and Maintain (DBFM) is in middelen voorzien. Trek dat daarvan af, en je komt op 9,75 miljoen vierkante meter. Veronderstel dat ze de financiële norm gebruiken die ze mogen gebruiken en die is vastgesteld bij de dossiers, maar ze gebruiken die norm slechts voor 90 procent. Bereken dan de vervangwaarde. Dat is, collega’s, 18,7 miljard euro indien je dit zou omzetten in nieuwbouw. Als je ervan uitgaat dat dit het bedrag is, en je stelt dat een goed huisvader jaarlijks in 2,5 procent voor eigenaarsonderhoud of vervangingsbehoeften voorziet, en je weet dat het voor 60 of 70 procent wordt gesubsidieerd – ik neem hier een gemiddelde van 65 procent –, als je deze oefening met deze parameters maakt, kom je tot een jaarlijkse subsidiebehoefte van 300 miljoen euro.
Ik ben de eerste om te weten dat dit morgen niet mogelijk is. Maar anderzijds is het wel goed om in de oefening die we op lange termijn maken, de globaliteit, de complexiteit en de financiële consequenties van het geheel te zien. Want het is toch wel sterker en beklijvender dan de vlugge discussie die we soms voeren over deze problematiek. Ik wou dit even in alle rust en sereniteit zeggen, minister-president.
 
 

Lees de reacties ()

Snel naar

  • Ons verhaal
  • Standpunten
  • Geschiedenis
  • CD&V als beweging
  • Onze mensen
  • Europese Volkspartij
  • Privacyverklaring

Jouw CD&V

  • JONGCD&V
  • Vrouw & Maatschappij
  • Senioren
  • De vereniging
  • Netwerken
  • Lokale afdelingen

Politiek

  • Onze visie
  • Federaal regeerakkoord 2020
  • Lid worden
  • ZUURSTOF

Contacteer

CD&V
Wetstraat 89
1040 Brussel

info@cdenv.be
02/238 38 11

  • Sitemap

Doe mee

  • Agenda
  • Jobs
  • Word lid
Schrijf je in op onze nieuwsbrief
  • Home
  • Actua
  • Visie
    • Visie
    • Onderwijs
    • Gezondheidszorg
    • Leefmilieu, klimaat & duurzaamheid
    • Economie, werk & ondernemen
    • Cultuur
    • Fiscaliteit & begroting
    • Asiel, Migratie & Integratie
    • Justitie
    • Mobiliteit
    • Ethiek & zingeving
    • Gelijke kansen & diversiteit
    • Veiligheid
    • Landbouw, visserij & platteland
    • Staatshervorming & democratie
    • Buitenlands beleid
    • Onze andere standpunten
    • Lokaal
    • Provinciaal
    • Vlaanderen
    • Brussel
    • Federaal
    • Europa
    • Vraag en antwoord
    • Cijfer
    • Opinie
    • Standpunt
  • Wie zijn we
    • Wie zijn we
    • Ons verhaal
    • Geschiedenis
    • Lokale afdelingen
    • Wetstraat 89
      • Wetstraat 89
      • Onze medewerkers
      • Vereniging van CD&V-raadsleden
      • Netwerken
    • CD&V als beweging
    • Doe mee
      • Doe mee
      • Vacatures
      • Lid worden
      • Stages
    • Geledingen
      • Geledingen
      • JONGCD&V
      • Vrouw & Maatschappij
      • CD&V Senioren
    • CD&V als politieke partij
      • CD&V als politieke partij
      • Ministers en staatssecretarissen
      • Senaat
      • Brussels Parlement
      • Europees Parlement
      • Vlaams Parlement
      • De Kamer
  • Contact
  • Word lid
×

Een cookie is een klein bestand dat door de server van CD&V wordt uitgestuurd en geplaatst op de harde schijf van jouw computer, tablet, GSM of ander apparaat waarmee je onze website bezoekt. 

Cookies hebben allerhande doelstellingen. Sommige worden gebruikt om het bezoek aan onze website aangenamer of gemakkelijker te maken. Nog andere analyseren het gebruik van de website. Cookies die omwille van technische of beveiligingsredenen noodzakelijk zijn, plaatsen we in ieder geval. Meer info vind je in onze cookie policy en onze privacyverklaring.

Door op “Akkoord” te klikken, aanvaard je het gebruik van deze cookies voor al deze doeleinden. Je kan jouw cookievoorkeuren regelen via de knop “Wijzig instellingen”.

Akkoord
Noodzakelijke cookies
Wijzig instellingen
Akkoord
Deze cookies zijn noodzakelijk om de website te doen werken en kunnen niet worden uitgeschakeld.
Deze cookies verhogen de gebruiksvriendelijkheid van de website door jouw keuzes of interesses te onthouden.
Deze cookies verzamelen gegevens over de performantie van de website zoals het aantal pagina's dat je bezoekt of de tijd die je doorbrengt op een webpagina. Voor analyses maken we gebruik van Google Analytics.
De marketing-cookies houden jouw surfgedrag bij. Ook cookies afkomstig van social media sites zoals Facebook, YouTube, LinkedIn en Twitter vallen onder deze categorie.
Terug Akkoord