Spelen in de natuur is niet alleen ontspannend, maar jong geleerd is ook oud gedaan: wanneer kinderen op jonge leeftijd in aanraking komen met de natuur, zullen ze er later meer aandacht en zorg voor hebben. Dankzij Minister voor Natuur Joke Schauvliege kunnen kinderen daarom voortaan overal in bossen vrij spelen, tenzij expliciet verboden.
Tot op heden mochten bezoekers in bossen enkel op de aangegeven paden en speelzones komen. Dit principe wordt nu echter omgekeerd. Zo zijn alle bossen vrij toegankelijk en zijn enkel plaatsen waar er om ecologische redenen extra bescherming nodig is expliciet verboden terrein. Verder moeten ook bijvoorbeeld joggers of langlaufers wel op de aangeduide wegen blijven. De onbeperkte toegankelijkheid geldt immers enkel voor voetgangers en fietsers jonger dan 9 jaar.
Kinderen en jongeren moeten vrij van de natuur kunnen genieten, zonder al te veel regels."
Joke Schauvliege - Vlaams minister van Omgeving, Natuur en Landbouw
In Vlaanderen liggen intussen ook meer dan 730 speelzones waar kinderen vrij kunnen spelen en ravotten. In totaal gaat het over een oppervlakte van maar liefst 7.000 voetbalvelden groot. Bovendien liggen heel wat van die speelzones vlak bij kamphuizen of dorpskernen. Ideaal dus voor kinderen om er zich deze zomer uit te leven en er naar hartenlust kampen te bouwen met hun vrienden.
Ik droom ervan om een grote boomhut te bouwen in ons bos. Dan kunnen we daar iedere zondag gaan spelen"
Linne Goolaerts – 8 jaar
Linne: “In het bos spelen is tof want daar kan je je goed vuil maken. En ook de spelletjes zijn er altijd leuk. We spelen er zombiebal, dierenverstoppertje en vlaggenroof. Als je vijf kaartjes hebt verzameld, mag je iets proberen te stelen uit het kamp van de andere ploeg. Je moet wel oppassen dat ze je niet tikken. Dan ben je alles kwijt.
Met Halloween hebben we ook een schriktocht gedaan. In het donker moesten we per twee een pad van kaarsjes volgen. Af en toe moesten we een opdracht doen, bijvoorbeeld raden wat je ruikt, proeft of voelt zonder dat je het kan zien. Onderweg lieten heksen en skeletten - geen echte hoor - ons verschieten. Dat was spannend, maar ik was niet bang.”