Aanbevelingen opvolgingscommissie financiële crisis
17-07-2012
De opvolgingscommissie heeft tot doel op te volgen hoe de aanbevelingen van de eerste bankencommissie worden geïmplementeerd en na te gaan hoe de financiële sector nog beter kan worden gereguleerd. Vandaag heeft de commissie een hele batterij aan aanbevelingen goedgekeurd. Voor CD&V springen een aantal maatregelen in het oog waar de partij bijzonder veel belang aan hecht.
1. Een eerste reeks van aanbevelingen hebben betrekking op de vereisten inzake deugdelijk bestuur van de financiële instellingen, iets wat toch een van de hoekstenen van het goed functioneren van het financieel-economisch systeem moet zijn.
Wat het remuneratiebeleid (verloningsbeleid) betreft is er nood aan het vastleggen van een passende verhouding tussen vast en variabel loon zoals ook de NBB aangeeft. Variabele vergoeding zijn noodzakelijk om mensen te motiveren/belonen maar de verhouding tussen vast en variabel moet worden ingeperkt tot een redelijke verhouding die vergelijkbaar is met wat in Europa gebruikelijk is. Wij vragen dat de regering en de Nationale Bank daar werk van maken.
Daarnaast willen wij ook dat de Nationale Bank duidelijker gaat bepalen wie als ‘identified staff’ (de topmedewerkers van wie de beroepswerkzaamheden het risicobeleid beïnvloeden) kan worden beschouwd en op wie de wetgeving op het verloningbeleid van toepassing is. Op dit ogenblik is het toepassingsgebied van de notie ‘identified staff’ te beperkt.
Vervolgens wil CD&V ook dat er nog vooruitgang wordt gemaakt op het vlak van het vastleggen van duidelijke criteria rond de variabele vergoeding.
2. Een tweede reeks van aanbeveling hebben betrekking op de fit en proper test van bestuurders en personen die sleutelfuncties vervullen (CFO, interne audit). De regering, desgevallend de Nationale Bank, moet hier prioritair werk van maken en dus gaan definiëren aan welke kwaliteitsvereisten, integriteitsvereisten en voorwaarden de betrokkenen moeten voldoen. Dit impliceert de invoering van gedetailleerde en strengere toetsingscriteria van sleutelfuncties. Ook de complementariteit binnen een raad van bestuur verdient grotere aandacht. Dit ontbreekt nog in het Belgisch regelgevend kader. Binnen de NBB zijn hier wel al de eerste stappen ondernomen.
3. Een derde reeks van aanbevelingen voorziet in een betere bescherming van de consument. Wij vragen dat de regering versneld werk zou maken van de versterking van de a priori controle van de publiciteit gemaakt voor financiële producten én juiste, duidelijke en leesbare documentatie van die financiële producten. Ook pleiten wij ervoor om het gedragstoezicht van de nationale bank uit te breiden tot alle financiële instellingen, tussenpersonen en planners.
Daarnaast moet extra worden toegezien op de commercialisering van bijzonder ingewikkelde gestructureerde producten.
4. De vierde reeks van aanbevelingen waar CD&V bijzondere aandacht voor heeft, heeft betrekking op het toezicht van de financiële instellingen. CD&V stelt voor om het sanctiearsenaal van de toezichthouder, de nationale bank, uit te breiden zodat er strenger kan worden opgetreden in geval van inbreuken en ze eveneens meer graduele sancties tot haar beschikking heeft. Daarnaast is het ook noodzakelijk dat verslagen van een Raad van Bestuur sneller aan het toezicht worden overgemaakt. Nu moet de NBB vaak maanden wachten wat het toezicht niet ten goede komt.
CD&V-kamerlid Jenne De Potter is tevreden met deze voorgestelde aanbevelingen. Deze maatregelen moeten er toe bijdragen dat het vertrouwen in de financiële sector, dat tijdens de crisis werd aangetast, opnieuw kan terugkeren. Het rapport is een voorlopig rapport dat in de komende maanden nog zal worden aangevuld daar waar nodig. Voor De Potter is het wel van belang dat snel wordt overgegaan tot implementatie van de aanbevelingen.