Binnen de jeugdzorg is er een groep van jongeren die nood heeft aan beveiligende opvang omdat zij zichzelf in gevaar brengen of dreigen te gaan lopen van de noodzakelijke hulp. Vandaag komen deze jongeren nog te vaak terecht in een gesloten instelling, die normaal voorbehouden is aan jongeren met ernstige feiten op de kerfstok. Daarom investeert Vlaanderen in een specifieke, beveiligde opvang waar ze ver weg van de negatieve context in alle veiligheid kunnen begeleid en behandeld worden.
Op 20 plekken in Vlaanderen en Brussel zal hiermee een beveiligende residentieel aanbod uitgebouwd worden. Dat besliste Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Kinderarmoede Wouter Beke.
Wouter Beke: “Jongeren die grensoverschrijdend of vluchtgedrag vertonen zijn niet geholpen met de standaard hulpverlening of door een plaatsing in een pleeggezin. Het gaat om extra kwetsbare minderjarigen, zoals slachtoffers van tienerpooiers of autodestructieve jongeren, die nood hebben aan een veilige plek waar ze tot rust kunnen komen. In deze nieuwe beveiligde opvangplaatsen kunnen we gespecialiseerde zorg op maat bieden. De plannen komen van mijn voorganger Jo Vandeurzen, ik ben blij dat we nu de uitvoering vormgeven. Zo verminderen we ook de druk op de gesloten gemeenschapsinstellingen, waar we vandaag soms met plaatsgebrek kampen om jonge plegers van criminele feiten op te sluiten.”
Gespecialiseerde voorzieningen
De jongeren in kwestie verbleven tot nu toe vaak in gemeenschapsinstellingen. Het decreet jeugddelinquentierecht bepaalt echter dat de begeleiding van jongeren die een tijdelijke beveiligende plek nodig hebben gescheiden moet worden van die van minderjarigen die criminele feiten hebben gepleegd. Het gaat immers niet om delinquenten maar om jongeren met een moeilijke hulpverleningsgeschiedenis en vaak meervoudige problematieken, die zich bevinden op het snijpunt tussen kinder- en jeugdpsychiatrie en jeugdhulp. Zowel begeleiding als behandeling zijn dus aangewezen. Nadien kunnen ze doorstromen naar de reguliere hupverlening om uiteindelijk te re-integreren in de maatschappij. Door deze jongeren een plek te geven in deze nieuwe opvangplaatsen wordt ook de druk op de gemeenschapsinstellingen kleiner.
132 extra beveiligende opvangplekken
Op initiatief van vorig Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen werden al twee settings uitgebouwd voor slachtoffers van tienerpooiers. In mei werd een oproep gelanceerd om het residentiële aanbod in de jeugdhulp verder uit te bouwen. 20 voorzieningen zullen dit de komende jaren realiseren. Vlaams minister Wouter Beke voorziet hiervoor 20 miljoen euro. In de periode 2020 tot 2023 wordt een groeipad gerealiseerd. In de eerste fase in 2020 zullen bestaande projecten worden omgebouwd naar settings voor beveiligende opvang. Vanaf 2021 wordt het aanbod uitgebouwd via capaciteitsuitbreidingen. In totaal zullen er 132 plaatsen bijkomen, gespreid in Vlaanderen en Brussel.
Omkadering
De nieuwe residentiële jeugdhulp zet in op kleinschalige verblijfsvormen, zorg voor het personeel en een optimale afstemming met andere zorgvormen en netwerkpartners. Omdat de doelgroep intensief begeleid moet worden is een gespecialiseerde en permanente bestaffing nodig. Er zal dus extra aandacht besteed worden aan de zorg, ondersteuning en vorming van medewerkers. Er wordt extra geïnvesteerd in vorming over hechtingsproblematiek, kinderen van ouders met psychische problemen (KOPP), zelfverdediging en agressietraining.
Daarnaast worden er ook gerichte samenwerkingsafspraken gemaakt met onder andere de lokale politie, gemeenschapsinstellingen, partners uit de gezondheidszorg, onderwijs, jeugdrechters en verwijzende instanties.
Sommige kwetsbare minderjarigen hebben nood aan een veilige plek waar ze tot rust kunnen komen. In deze nieuwe opvangplaatsen kunnen we de zorg geven die ze nodig hebben. Zo verminderen we ook de druk op de gesloten gemeenschapsinstellingen. Mijlpaal. https://t.co/NOliR6IIps
— Wouter Beke (@wbeke) February 4, 2020